Onze sociale samenleving

Onze sociale samenleving

Terug naar navigatie - Trends en ontwikkelingen

Toenemende onzekerheid door geopolitieke ontwikkelingen
De geopolitieke instabiliteit creëert onzekerheid in de wereld, leidt tot migratiestromen en drijft de prijzen van grondstoffen op. Dit kan spanningen vergroten rond politiek gevoelige onderwerpen als migratie, bestaanszekerheid en groeiende (inkomens-)ongelijkheid in onze samenleving.

Kansenagenda voor de regio's in beeld krijgen
Er is een sterk toegenomen aandacht voor de (ongelijke) verdeling van brede welvaart over regio’s (o.a. rapport “Elke regio telt!") en het voorzieningenniveau binnen regio's. Dit vraagt van ons dat we actief samenwerken met onze regio's om pragmatisch te oogsten op dreigende hiaten in het culturele en maatschappelijke voorzieningenniveau. Onder andere door samen te werken aan regionale kansenagenda's brede welvaart en met het Rijk in gesprek te gaan over het rechtvaardiger verdelen van rijksmiddelen. Het scherp krijgen van kansen (regionale kansenagenda's) en waar rijksbeleid nadelig en onrechtvaardig uitpakt voor Overijssel kan helpen om lobbykansen te verzilveren. 

Aandacht voor brede welvaartsbenadering nodig
We verwachten dat de brede welvaarts-benadering bij het Rijk en medeoverheden steeds meer ingang zal vinden als sturingsinstrument en systematiek om de effecten van beleid en investeringen op het welzijn van inwoners te beoordelen. Hier moet echter nog veel kennis op ontwikkeld worden.

Afnemend vertrouwen tekent zich steeds meer af
Afnemend vertrouwen van inwoners in de overheid en toename van onveiligheid bij burgemeesters en volksvertegenwoordigers dient zich steeds vaker aan. Dit heeft in sommige gevallen grote impact op de persoonlijke leefomgeving van politieke ambtsdragers. 

Verslechterde financiële positie gemeenten
Gemeenten hebben steeds minder vrije beleidsruimte en ze hebben steeds meer moeite om voorzieningen overeind te houden. Het ‘ravijnjaar’ 2026 dwingt hen tot het maken van fundamentele keuzes. De verminderde vrije beleidsruimte leidt ertoe dat gemeenten naar verhouding vooral medebewindstaken uitvoeren en minder eigen autonome taken. Dit is niet bevorderlijk voor de lokale democratie.

Cultuursector heeft het moeilijk
De cultuursector zal lang last houden van de impact van corona. Het eigen vermogen van veel organisaties is door de langdurige sluiting verdampt en veel zelfstandige professionals nemen afscheid van de sector. Het wordt moeilijker om culturele voorzieningen overeind te houden, vooral in kleinere gemeenten. Het verdwijnen van voorzieningen als het theater, podium of de bibliotheek is negatief voor de leefbaarheid. Meer inzet van vrijwilligers, politiek draagvlak en samenwerking met onder meer onderwijs zal nodig zijn om afkalving te voorkomen. Pluspunt is dat de Raad voor Cultuur een stelselwijziging adviseert om de cultuursector meer regionaal en structureel te ondersteunen. Die beoogde wijziging zou dan per 2029 in werking kunnen treden, mits het advies wordt opgevolgd door het komende kabinet.

Betekenis veranderende bevolkingssamenstelling
In de Contourennotitie Nota Ruimte is een schaalsprong beoogd in de regio's Stedendriehoek en Twente. Ook in Regio Zwolle (NOVEX-gebied) gaan veel woningen toegevoegd worden. We verwachten dat een veranderende bevolkingssamenstelling gevolgen kan hebben voor het bestaande noaberschap en druk kan zetten op de sociale cohesie. Bijvoorbeeld wanneer meer mensen uit de stad in het landelijk gebied en de kleine kernen gaan wonen. De effecten kunnen ook positief zijn: de instroom van jonge gezinnen in kleine kernen is juist gunstig voor de leefbaarheid en het voorzieningenniveau.  

Opkomst van AI levert kansen maar ook zorgen
Kunstmatige Intelligentie (AI) maakt een turbulente ontwikkeling door. AI is een systeemtechnologie die grote impact heeft op domeinen en sectoren van onze samenleving, en zal alle beleidsterreinen van de overheid raken.  
•    Er liggen kansen met betrekking tot productiviteitsgroei en nieuwe taken en verantwoordelijkheden binnen onze samenleving en in de economie als geheel. Ook kan het een bijdrage leveren aan de verbetering van interne organisatorische procedures en dienstverlening.  
•    Tegelijkertijd bestaan er zorgen over risico’s. Bijvoorbeeld dat AI leidt tot aantasting van de manier waarop we informatie krijgen aangereikt en daarmee van invloed is op de democratie en onze rechtsstaat. Zowel op de korte als lange termijn kan AI leiden tot het verdwijnen van werkgelegenheid. Daarnaast bestaan er zorgen over vooringenomenheid en selectiviteit die als gevolg van de gebruikte trainingsdata in de systemen verankerd kunnen zijn.

Nieuwe algemene informatiewet voor meer samenhang in informatie
De Algemene informatiewet moet meer samenhang brengen tussen de wetgeving over informatievoorziening en -huishouding. In de nieuwe wet zal onder andere aandacht zijn voor de rechten van burgers en voor de verplichtingen van de overheid op het gebied van informatiehuishouding.

Stand van zaken

Terug naar navigatie - Stand van zaken

Onderstaande tabel heeft betrekking op de investeringsimpulsen uit het coalitieakkoord 'Schouder aan schouder'.

Onderwerp              Impuls (x €1.000) Termijn SV /PS Vergadering
Sociale kwaliteit 3.000 Q3 2024
Cultuur (incl. erfgoed) 21.000 26 juni 2024
Kwaliteit openbaar bestuur 3.500 31 januari 2024/ 26 juni 2024
Evenementen  5.000 26 juni 2024
Digitalisering 1.000 Volgt

Aanvullende accenten

Terug naar navigatie - Aanvullende accenten

In deze perspectiefnota formuleren we aan de hand van de thema's in het coalitieakkoord aanvullende accenten waar extra focus op ligt. Hierbij houden wij rekening met de actuele trends en ontwikkelingen in Overijssel, Nederland en de wereld. De accenten staan net als de opgaven met elkaar in verbinding. Hieronder beschrijven wij de aanvullende accenten binnen de opgave 'onze sociale samenleving'.

Inclusiviteit

Terug naar navigatie - Inclusiviteit

Iedereen moet mee kunnen doen in Overijssel en zich veilig en thuis voelen. Dit vertaalt zich in provinciaal beleid, de provincie als werkgever en richting de voorbeeldrol van de provincie: "practice what you preach". Bewust nadenken over een inclusieve en diverse werkomgeving en daarnaar handelen geldt voor iedereen die werkt voor de provincie Overijssel. Daarnaast heeft de provincie ook een agenderende functie richting partners uit de regio. De komende periode wordt uitvoering gegeven aan de motie ‘begrip toegankelijkheid’ (Brink, CDA) en het ‘Charter Diversiteit’ dat in 2023 is ondertekend. Doel van dit charter is het bevorderen van een open en inclusieve werkcultuur door gericht en bewust te bouwen aan verbinding en vertrouwen, het inrichten van een bewust inclusiever instroom en selectieklimaat, het vergroten van het aandeel jongeren in 2025 en een gelijkwaardig aandeel vrouwen in functieschaal hoger dan 13 in 2025. 

In onze rol als werkgever streven wij ernaar om een afspiegeling te zijn van de samenleving. Dat betekent diversiteit in het werknemersbestand en een inclusieve organisatie. Om deze ontwikkeling te stimuleren ontwikkelt de provincie Overijssel een breed gelijkheidsbeleid, 'Gelijkheid in Verscheidenheid', die alle vormen van diversiteit omarmt. Dit beleid richt zich op het creëren van een omgeving waarin iedereen zich gewaardeerd en ondersteund voelt, met gelijke toegang tot kansen voor persoonlijke en professionele ontwikkeling. De nadruk ligt op de kracht van diversiteit en het belang van gelijkheid voor iedereen. Hierbij richten we ons op zowel zichtbare elementen van diversiteit (zoals geslacht, etniciteit en fysieke capaciteiten) als onzichtbare elementen (zoals identiteit, seksuele oriëntatie, professioneel profiel, waarden en persoonlijkheidskenmerken).

Daarnaast is het speerpunt inclusie en diversiteit ook relevant voor provinciaal beleid rondom arbeidsmarkt, toegankelijkheid, basisvaardigheden, digitale participatie en cultuur. Voor andere hoofdopgaven is het vergroten van handelingsbekwaamheid en bewustwording noodzakelijk. In de autonome ontwikkeling is een voorstel gelegd voor de uitvoering van de Banenafspraak. Momenteel werken wij dit speerpunt uit door de huidige situatie in kaart te brengen. De komende periode brengen we focus aan en ontwikkelen we een visie. Voor 2024 zijn er naast middelen voor eigen personele inzet geen additionele middelen nodig. Mogelijk wel voor de jaren hierna.

Onder de bredere noemer van diversiteit en inclusie houden we vanuit de Sociale Agenda aandacht voor diversiteit en inclusie buiten ons provinciehuis door kennisuitwisseling, netwerkvorming en agendering te stimuleren bij gemeenten en partners. We blijven lokale initiatieven ondersteunen die gaan over acceptatie, jezelf zijn en meedoen. Hierbij is de focus op diversiteit en inclusie in brede zin: breed doelgroepenbeleid.

Erfgoed

Terug naar navigatie - Erfgoed

De komende 10 jaar is landelijk € 770 miljoen extra nodig voor de restauratie van Rijksmonumenten die geen woonhuis zijn. Daarnaast is er veel, vaak beeldbepalend, erfgoed in de provincie Overijssel met een restauratie opgave. Dit erfgoed vraagt om verduurzaming of een nieuwe bestemming, zodat het voor de samenleving behouden blijven. Een specifieke plek hebben kerken. Ook in Overijssel komen steeds meer kerkgebouwen leeg te staan. Veel religieus erfgoed verliest daarmee haar oorspronkelijke functie, bovendien leidt leegstand tot verval en de restauratiekosten zullen in de toekomst steeds verder toenemen. Ook zit er een grote verduurzamingsvraag in het verlengde van deze opgave, die specifiek maatwerk vraagt.

Daarnaast heeft kerkensluiting een negatieve impact op de leefbaarheid en voorzieningen op het platteland en raakt het de sociale samenhang in dorpen en steden. Het aantal kerkensluitingen zal komende jaren toenemen, daarmee wordt de opgave groter, complexer en kostbaarder.

Onze doelstelling is het kerkgebouw (de stenen) door te geven aan toekomstige generaties en te behouden als verbindend element in kerkdorpen. Bijvoorbeeld als ontmoetingsplaats of een andere maatschappelijke functie. Op die manier kunnen we de negatieve impact van de kerkensluiting op de dorpsgemeenschap verkleinen. Naast inwoners zijn o.a. ook kerkeigenaren, parochiebesturen, inwoners, kerkelijke gemeenten, burgerlijke gemeenten, het Rijk (veelal betreft het rijksmonumenten) en soms ook projectontwikkelaars, maatschappelijke organisaties, fondsen of financiers betrokken. 

In de afgelopen jaren hebben we o.a. samen met de Erfgoed Academie (als kennispartner) een leerlijn ontwikkeld waarin we initiatiefnemers handvaten bieden hoe hun kerkgebouw toekomstbestendig te maken. Hierdoor zijn initiatiefnemers concreet aan de slag gegaan met het toekomstbestendig maken van hun erfgoed, bijvoorbeeld de Hofkerk in Oldenzaal en Marcellinus Kerk in Broekland. Daarnaast hebben veel (22 van de 25) Overijsselse gemeenten de afgelopen jaren gewerkt aan 'Kerkenvisies'. In onze brief aan PS d.d. 7 november 2023 staat een compleet overzicht.

Momenteel werken we aan een nieuw Cultuur- en Erfgoedbeleid, tijdens dat proces komen we terug op de opgave m.b.t. religieus erfgoed. Het betreft echter een complexe en een kostbare opgave, die steeds groter wordt. Dat vraagt om een integrale erfgoed-overstijgende aanpak, denk aan een grote verduurzamingsopgave, de rol van religieus erfgoed in leefbaarheidsvraagstukken op het platteland (zie aanvullend accent 'Leefbaar platteland'), voorzieningen en mogelijke woonoplossingen. We gebruiken de eerste fase van nieuw beleid (2025) om concreet te maken wat nodig is voor deze integrale aanpak en komen er bij u op terug.

Strategisch kiezen binnen cultuurbeleid

Terug naar navigatie - Strategisch kiezen binnen cultuurbeleid

Cultuur is een pijler van de brede welvaart van Overijssel. De culturele sector blijkt kwetsbaar, onder andere door politieke verschuivingen, de corona-, energiecrisis en de gestegen inflatie. Een sterke culturele sector is noodzakelijk voor onze ambities en opgavegerichte aanpak. Welke (lange termijn) keuzes kunnen wij maken binnen ons beleid en onze rolopvatting, om te werken aan een stevige, toekomstbestendige sector.

Momenteel werken we toe naar een nieuw cultuurbeleid 2025-2028. Speerpunt daarbinnen is het toekomstbestendig maken en houden van de cultuursector. Als onderdeel daarvan zetten we in op stevige profielen met de cultuurregio’s. Op basis daarvan kunnen we samen met de cultuurregio’s strategische keuzes maken, kiezen in onze eigen rolopvatting en zo gericht inzetten op bijvoorbeeld rijksfinanciering.

We zetten verder stevig in op extra structurele rijkscultuurmiddelen door lobby-inzet in het kader van ‘Elke regio telt’. Op basis van dat rapport blijkt dat met name de rijkscultuurmiddelen onevenredig verdeeld zijn over Nederland. Tot slot werken we aan een duidelijke positie voor provincies in het nieuwe cultuurbestel vanaf 2029, naar aanleiding van het Raad van Cultuur advies ‘Toegang tot cultuur’. Onze insteek hierbij is ‘werken als 1 overheid’, met heldere onderlinge taakverdeling van overheden, het liefst geborgd in wettelijke taken. Want ook de beleidsvrije ruimte van cultuur in het provinciale cultuurbeleid is een grote kwetsbaarheid voor onze culturele sector.

In het nieuwe cultuurbeleid continueren we onze inzet op versterking van de culturele sector. Gericht op een wendbare, ondernemende en toekomstbestendige sector. Een resultaat van deze inzet is Theatergroep de Jonge Honden. Mede dankzij een investering door de provincie heeft deze groep zich de afgelopen jaren zowel artistiek als zakelijk verder ontwikkeld richting een landelijke positie. Hierdoor is dit gezelschap nu kanshebber op meerjarige rijkscultuurmiddelen voor 2025-2028. 

De komende periode werken we de profielen van onze cultuurregio's verder uit en pakken we ook positie richting het Rijk binnen lobbythema 'Elke Regio Telt' dat de komende periode nadrukkelijke aandacht vraagt.

Proactieve vergunningsverlening en handhaving

Terug naar navigatie - Proactieve vergunningsverlening en handhaving

Op het domein van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) speelt veel. Niet alleen is er verregaande en steeds meer detaillistische juridisering en ontstaan veranderingen in de samenleving, maar we worden ook te veel gestuurd vanuit intrekkings- en handhavingsverzoeken. Bij handhaving wordt een zeer groot deel van de personele capaciteit ingezet op de handhavingsverzoeken van PAS-melders en het behandelen van meldingen soortenbescherming. De provincie is daartoe wettelijk verplicht. Het gevolg is echter dat de preventieve handhaving onder druk staat en het lastig is om de regie te behouden. We moeten keuzes maken, actiever communiceren en prioriteren. Hierbij is het uitgangspunt dat de wettelijke taken voorrang krijgen.

We willen inzetten op meer proactieve vergunningverlening en handhaving. We hebben goede ervaringen opgedaan met het aangaan van gesprekken met partijen zoals aanvragers, medeoverheden en interne collega’s en wij willen daarmee doorgaan. De komende tijd gaan we werken met vier regio-coördinatoren om de regie op de samenwerking in die gebieden te verbeteren. Er gaat veel aandacht naar PAS-melders die in een handhavingstraject zitten. We willen een deel van de bedrijven die niet in een handhavingstraject zitten gaan bezoeken. Het doel is om hun ideeën te verzamelen en gevoelens op te halen. 

Het afgelopen jaar zijn er verschillende voorlichtingen geweest, bijvoorbeeld aan gemeenten rondom evenementen, paasvuren maar ook avonden voor agrarische ondernemers. Binnen beschikbare capaciteit – waarbij de wettelijke taken voorrang krijgen – willen we meer voorlichtingen gaan geven. Dit jaar worden de VTH-werkzaamheden met de nieuwe risicoanalyse voor de komende jaren opnieuw geprogrammeerd. Dit kan helpen om van reactief (achter meldingen aanlopen) naar proactief handelen te gaan. Daarbij komt het actief opsporen van bewuste overtreders centraal te staan.

In het buitengebied van de provincie zien we toenemend recreatie en toerisme. Dit geeft druk op onze wettelijke taken op gebied van bijvoorbeeld soortenbescherming. Voor de uitvoering hiervan en om onze wettelijke termijnen te halen, hebben wij voor vergunningverlening een personele claim opgenomen binnen de autonome ontwikkeling. Ook de druk van de recreatie binnen N2000- en andere natuurgebieden is hoog. Dit hebben we gezien in dossiers als mountainbiken en motorcross. De afgelopen jaren hebben wij geïnvesteerd in samenwerking bij handhaving in het buitengebied. Vanwege de hoge recreatiedruk dringen natuurbeheerders aan op het herinrichten van de recreatie om de natuur beter te beschermen. Zo worden op de Veluwe grote mensenmassa’s geweerd en worden sommige delen van gebieden afgesloten. In onze beheerplannen N2000 gebieden voeren wij een verkenning uit wat hierover moet of kan worden opgenomen. Aanvullend is onderzoek nodig voor de effecten van recreatiedruk in overige natuur- en stiltegebieden. Op grond van de beheerplannen en het aanvullende onderzoek kan samen met de terreinbeherende organisaties (TBO's) toezicht en handhaving verder vorm worden gegeven.

Ondermijning

Terug naar navigatie - Ondermijning

In het coalitieakkoord is opgenomen dat Overijssel een veilige plek moet zijn en blijven voor iedereen. In de afgelopen jaren hebben we hier al eerste stappen gemaakt met onder andere de Samenwerkingsagenda ondermijning Overijssel, inclusief de uitvoering van de motie Hof c.s. ‘Ondermijning door verpaupering’ van 12 april 2017. Deze motie is uitgevoerd met het opzetten van het Expertisecentrum Vitale Vakantieparken. Onze aanpak is eind 2023 positief geëvalueerd. 

Met dit aanvullende accent Ondermijning borduren we voort op de ingeslagen weg. Bij de formateurs ten tijde van de provinciale coalitieonderhandelingen hebben de burgemeesters van de Twentse en IJssellandse gemeenten aandacht gevraagd voor dit onderwerp. Vanaf augustus 2024 vallen de middelen voor de huidige aanpak weg in de provinciale begroting.

Wij willen de strijd tegen ondermijnende criminaliteit de komende jaren voortzetten en verder intensiveren. In onze Contourennota Ondermijning staat onze aanpak van ondermijning voor 2024 tot 2027 beschreven. Provinciale Staten kunnen hierop een eerste reactie en aandachtspunten aangeven. Daarna volgt een investeringsvoorstel.

Naast de middelen uit de kwaliteitsimpuls voor Kwaliteit van Openbaar Bestuur stellen we voor om aanvullende middelen beschikbaar te stellen om de volledige aanpak te kunnen financieren, zie financieel voorstel. 

Slagkracht als één overheid

Terug naar navigatie - Slagkracht als één overheid

De slagkracht van het openbaar bestuur en in het bijzonder de gemeenten als eerste overheid staat onder druk. Gemeenten zijn een doorslaggevende partner van de provincie op thema’s als woningbouw, energie, leefbaarheid, landelijk gebied, mobiliteit enzovoort.

Om gezamenlijk als één overheid op te kunnen treden moeten we creatief zijn om elkaar te ondersteunen en te faciliteren in de komende tijd. De taken die bij gemeenten en provincie worden neergelegd zijn de afgelopen jaren omvangrijker geworden zonder dat ook de bijpassende middelen daarvoor beschikbaar zijn gesteld. Met het aanstaande ravijnjaar wordt de financiële druk alleen maar groter.

Dit vergroot de noodzaak om samen op te trekken en daar waar mogelijk ook in te spelen op (on)mogelijkheden. Dat doen we incidenteel door bijvoorbeeld aanjaagteams voor onder meer woonopgaven en de verduurzaming van klein maatschappelijk vastgoed en de aanpak rond ondermijning. Structureel zetten we in op het versterken van de regionale samenwerking in de regio’s Zwolle, Stedendriehoek en Twente. Uitgangspunt is dat bestaande verantwoordelijkheden en bevoegdheden de basis zijn en we die willen versterken. Dat doen we ook door het opvolgen en maken van verstedelijkingsstrategieën, concretisering van de gezamenlijke strategische agenda’s en de inzet van menskracht en middelen te bundelen daar waar het belangen/prioriteiten betreft die aansluiten bij de provinciale inzet. Het gezamenlijk lobbyen voor onze doelen bij het Rijk en de Europese instellingen hoort daar bij. Door samen op te trekken, belangen te delen en te dragen en daar waar nodig elkaar te versterken.  De komende jaren zal meer en meer gevraagd worden om bovenstaande ontwikkeling door te zetten en de samenwerking te intensiveren. Dat doen we vanuit de bestaande begroting en middelen, in lijn met het coalitieakkoord.

Digitale transformatie

Terug naar navigatie - Digitale transformatie

De ontwikkelingen op het gebied van digitalisering volgen elkaar in rap tempo op, zonder dat we direct de impact op onze samenleving en onze eigen organisatie kunnen doorgronden. Het staat vast dat er grote gevolgen zijn. Het vergt een toenemende inspanning van onze organisatie om deze ontwikkelingen bij te houden en erop in te spelen. We moeten blijven verbeteren en optimaliseren binnen onze processen. Dat doen we met ‘continu-verbetertrajecten’. Zo leiden we op dit moment een grote groep medewerkers op in de leanmethode. Vanuit onze doelstellingen onderzoeken we daarnaast hoe we nieuwe technologie kunnen inzetten om de provinciale doelen sneller en beter te bereiken. Doordat we medewerkers opleiden in onder andere de leanmethode zijn ze ook beter in staat om kansen te zien om dat te realiseren. De digitale transformatie is dan ook geen taak die enkel de bedrijfsvoering aangaat, maar een integrale opgave die alle beleidsthema’s raakt.

De digitale transformatie vraagt ook om scherpe aandacht voor de digitale weerbaarheid. Daarbij gaat het niet alleen om de technische maatregelen bij SSC ONS, maar vooral ook om de weerbaarheid van onze eigen medewerkers. Om bij te blijven zullen we in beide aspecten moeten blijven investeren.