Inleidende samenvatting

Inleidende samenvatting

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De Perspectiefnota 2022 markeert de helft van deze coalitieperiode. Een natuurlijk moment om terug én vooruit te blikken. Wat hebben we halverwege bereikt, waar zijn we trots op en wat gaat er wellicht anders dan we hadden voorzien en wat hebben we daarvan geleerd? In deze Perspectiefnota richten we nadrukkelijk onze blik naar voren. Waar gaan we de resterende coalitieperiode op in zetten: waar maken we als provincie het verschil, wat is het perspectief na corona en wat willen we agenderen ook na deze coalitieperiode?

Krachtig voorwaarts: met optimisme en realisme
Met een ambitieus coalitieakkoord als onderlegger zijn we voortvarend aan de slag gegaan met de volgende zeven hoofdopgaven voor Overijssel: krachtige economie; goede bereikbaarheid; hitte, droogte en wateroverlast; energietransitie; aantrekkelijk wonen en ruimte; vitaal landelijk gebied; en samenleven in Overijssel. Vanaf het begin zijn we met verschillende ontwikkelingen geconfronteerd: stikstof, corona en, mede hierdoor, verminderde budgettaire perspectieven. We zijn tevreden met de resultaten die we – in tijden van crises – hebben gerealiseerd. Deze resultaten zijn volop zichtbaar, zoals we in ons jaarverslag 2020 hebben laten zien. Samenwerking staat aan de basis van vele geslaagde initiatieven, zoals de regiodeals, de woonagenda’s, afspraken over de N35 conform de Marsroute, de concept RES’sen, het gezamenlijke aanbod van de decentrale overheden aan het nieuwe kabinet, de Overijsselse aanpak van de coronacrises en de Gebiedsgerichte aanpak stikstof.

We zijn goed op weg met de uitvoering van ons coalitieakkoord. Dat geeft ons een stevige basis om de resterende coalitieperiode samen krachtig voort te bouwen aan Overijssel. Met optimisme en realisme van wat we kunnen bereiken gaan we hiermee aan de slag. Er is namelijk veel gaande met bijbehorende onzekerheden, uitdagingen én kansen. Binnen de (inter)nationale kaders geven we uitvoering aan de opgaven waar we voor staan. De EU en het Rijk geven hiermee richting aan onze opgaven én bieden tegelijkertijd met hun fondsen volop mogelijkheden voor het realiseren van onze ambities. Het is in die verbinding tussen opgaven en bijbehorende partners, waarin we als provinciaal bestuur een belangrijke rol vervullen. Met als overkoepelend doel het realiseren van de grote maatschappelijke opgaven voor Overijssel. Daar gaan we in deze Perspectiefnota nader op in.

Context

Terug naar navigatie - Context

We hebben oog voor de trends en ontwikkelingen. Ze worden betrokken in de ontwikkeling en uitvoering van onze strategie, beleid en programma’s, zoals beschreven bij de individuele opgave teksten. Er zijn een aantal overkoepelende ontwikkelingen die een overheersende rol gespeeld hebben. Toen we het coalitieakkoord “Samen bouwen aan Overijssel” schreven, was de volle omvang van de stikstofcrisis nog onvoldoende te bevatten. Bovendien kon toen niemand voorzien dat we nu al geruime tijd te maken hebben met een coronacrisis. Ook de verminderde financiële perspectieven zijn van grote invloed op onze maatschappelijke opgaven en de te maken keuzes.

De crisissen waar we mee te maken hebben zijn van dermate omvang dat het belangrijk is ze te schetsen en te duiden voor Overijssel. Niet alleen om dat ze nu van invloed zijn, maar ook omdat ze de komende jaren – ook na deze coalitieperiode – een belangrijke invloed hebben op de te maken keuzes. De opgaven worden, versterkt door de crisissen, steeds concreter en zichtbaarder. Daardoor wordt duidelijker dat er moeilijke keuzes gemaakt moeten worden omdat niet alles overal kan. Dit leidt tot toenemende spanningen. Het gaat er daarom ook om de manier waarop die keuzes worden gemaakt: luisteren naar elkaar, met begrip voor ieders belangen, een goede communicatie en met oog voor de korte én langere termijn. Alleen samen kunnen we de opgaven realiseren. 

Coronacrisis
De coronapandemie heeft een ongekende impact op ons allen. Het raakt ons in alle aspecten van ons leven, zoals zakelijk als privé. De coronacrisis heeft aangetoond hoezeer we, ook internationaal, met elkaar verbonden zijn en dat we alleen samen deze crisis het hoofd kunnen bieden. Hoewel zeker is dat de effecten van de coronacrisis nog lang zullen nadreunen, zijn er veel onzekerheden over het verdere verloop en de precieze effecten. Want wat gaat dit bijvoorbeeld betekenen voor mobiliteit, de culturele sector en onze economie?

En hoe ziet onze samenleving er straks uit? Wij zijn daarom enorm trots om te zien dat in deze onzekere en hectische tijden er volop daadkracht, innovatie en verbondenheid wordt getoond. Dat geldt ook voor de organisatie van de provincie die volle kracht heeft doorgewerkt aan onze opgaven. Ondanks alle beperkingen is met veel creativiteit het werk door gegaan.

Vanuit onze opgaven en kerntaken, en onze positie als middenbestuur, vervullen we een belangrijke rol in de aanpak van de coronacrisis. Via de extra maatregelen in het kader van de “Overijsselse aanpak coronacrisis”, waarmee we € 135 miljoen investeren in het herstel van de coronacrisis, én de vele acties binnen ons reguliere beleid en programma’s. Dit alles doen we vanuit de overtuiging dat we als provincie met name in herstelfase een onmisbare schakel zijn. Met decentrale overheden hebben we hierover gezamenlijk een krachtig signaal afgegeven richting het nieuwe kabinet: “Krachtig groen herstel van Nederland”.

We kiezen ervoor om onze koers vast te houden en het herstel van corona te benutten voor de noodzakelijke en wenselijke omslagen. In onze aanpak brengen we samenhang tussen de lange en korte termijn. Het één kan niet zonder het ander. We koppelen dus onze korte termijn investeringen aan lange termijn doelen. Het aanjagen van de economie verbinden we met het versnellen van de transities, bijvoorbeeld op het gebied van klimaat, energie, circulaire economie, landbouw, wonen en digitalisering. Onderdeel daarvan is dat we oog blijven hebben voor het hier en nu: waar is behoefte aan in de samenleving, wat vragen de opgaven van ons en waar kunnen wij als provincie aan bijdragen mét zicht op toekomstperspectief? Daaraan gekoppeld klinkt ook steeds meer het perspectief van brede welvaart. Dat gaat over de kwaliteit van leven en van de omgeving waarin mensen leven. En om aspecten als materiële welvaart, identiteit, sociale kwaliteit, gezondheid en milieu. Dit komt ook duidelijk terug in onze beleid en programma’s zoals deze Perspectiefnota laat zien.

In het licht van de coronacrisis blijven we, conform onze corona aanpak, de benodigde inzet plegen om onze kerntaken overeind te houden Dat geldt bijvoorbeeld voor het OV. Als onderdeel van de landelijke afspraken biedt het Rijk financiële compensatie. Dit is nodig om, gezien de vitale functie van het OV, het voorzieningenniveau op orde te houden. Naar verwachting lopen de landelijke afspraken tenminste door tot en met eind 2021. Zoals beschreven in de opgavetekst Goede bereikbaarheid werken we gezamenlijk met de vervoerbedrijven aan transitieplannen om ook na corona het openbaar vervoer financieel betaalbaar te houden. De conclusie is dat het noodzakelijk is dat de financiële steun de komende jaren wordt gecontinueerd. We zijn hierover in gesprek met het Rijk, maar het risico bestaat dat een verdere versobering van het voorzieningenniveau op de kortere termijn moet worden doorgevoerd of tijdelijk worden opgevangen met extra provinciale middelen. Uw Staten worden hierover op de hoogte gehouden.

Ook de culturele sector blijft de effecten merken van de coronacrisis, zeker met de lang durende lock-down sinds december. Daarom stellen we voor, in lijn met onze corona herstelaanpak, ook in 2021 noodsteun te verlenen om de provinciale culturele instellingen de crisis door te helpen. Bij deze perspectiefnota geven we u een inschatting van de noodsteun die we voor dit jaar verwachten te verlenen. Daarnaast beschrijven we in de opgavetekst Samenleven in Overijssel wat we gaan doen om de sector te transformeren.

Stikstofcrisis
Aan het begin van deze coalitie periode overheersten de gevolgen van de uitspraak van de Raad van State over de Programmatische aanpak Stikstof in bijzondere mate. Er was sprake van maatschappelijke spanningen die onder meer tot uiting kwam in de protesten vanuit de agrarische sector. Die uitspraak, het advies hierop van de commissie Remkes en de daarop volgende besluiten van het kabinet hebben verstrekkende consequenties voor de sociaaleconomische en ecologische ontwikkeling van Overijssel. Met de Wet Stikstofreductie en Natuurverbetering geeft het Rijk een structurele aanpak voor emissiereductie en natuurherstel. Aan de ene kant de focus op vermindering van bronemissie via de regeling gerichte opkoop veehouderij en de gebiedsgerichte aanpak stikstof. En aan de andere kant de focus op natuurherstel en biodiversiteit met het Programma Natuur. Beiden, vermindering van de stikstofemissies én natuurherstel, zijn noodzakelijke voorwaarden om economische bedrijvigheid, waaronder woningbouw, mogelijk te laten blijven.

Binnen dit gegeven wordt nu zowel op landelijk als provinciaal niveau gewerkt aan het zoeken naar een nieuwe balans tussen versterken van de ecologische kwaliteit in relatie tot de sociaaleconomische ontwikkeling. De Wet Stikstofreductie en Natuurverbetering vormt een flinke stap in de goede oplossingsrichting. Duidelijk is dat moet worden doorgepakt met het uitwerken en uitvoeren van de verschillende bron- en natuurmaatregelen. Ook in het licht van de zich ontwikkelende jurisprudentie. Een verdere intensivering van de samenwerking op het stikstofvraagstuk tussen Rijk en regio is daarbij nodig. Van meet af aan heeft de Overijsselse aanpak in het teken gestaan van vijf schakels, te weten: natuurherstel, bronmaatregelen voor reductie van stikstof, vergunningverlening en handhaving, uitgifte beschikbare stikstofruimte én de Gebiedsgerichte aanpak stikstof. Het door uw Staten genomen Investeringsbesluit is een belangrijke eerste impuls om daar vorm en inhoud aan te geven.

Financiën
De afgelopen jaren investeerden we veel in Overijssel. Ook deze coalitieperiode hebben we een forse investeringsimpuls van € 305 miljoen in gang gezet. Daarbovenop hebben we extra middelen vrijgemaakt voor onze corona herstelaanpak. Deze investeringen konden/kunnen we ons veroorloven omdat we na de verkoop van Essent in 2009 een behoorlijke spaarpot hadden. Deze eenmalige Essentmiddelen zijn nu grotendeels uitgegeven, bestemd of belegd in revolverende fondsen, zoals het Energiefonds Overijssel. Dat betekent dat we de komende jaren niet langer op onze reserves kunnen teren en we onze uitgaven meer zullen moeten gaan baseren op onze structurele inkomsten.

Onze structurele baten zijn met veel onzekerheid omgeven. We weten niet wat de coronacrisis op de lange termijn betekent voor de overheidsuitgaven in het algemeen en wat daarvan de consequenties zijn voor het provinciefonds. Daarnaast staat ons belastinggebied, opcenten op de Motorrijtuigenbelasting (MRB), onder druk door de vrijstelling van elektrische auto’s en staat de MRB landelijk ter discussie. Tot slot staat de winstgevendheid van Enexis en Vitens onder druk, omdat zij fors investeren in de energietransitie, respectievelijk klimaatopgave. Daardoor ontvangen wij de komende jaren minder dividend.

We zijn de afgelopen jaren gewend geraakt aan de incidentele impulsen op de volle breedte van ons beleid (circa € 31 miljoen per jaar). Tegelijkertijd weten we dat de maatschappelijke opgaven en transities om een forse inzet van ons (blijven) vragen. We voorzien dat we fundamentele keuzes zullen moeten maken. Wat gaan en blijven we doen? En ook: wat gaan we niet meer doen? Hoe kunnen we toch investeringskracht mobiliseren? De noodzaak hiertoe zal nog in mindere mate gelden voor de komende twee jaar, maar wel voor de volgende coalitieperiode. We vinden het belangrijk om hier duidelijk over te zijn. Omdat we verder kijken dan deze periode. En omdat we weten dat onze partners en uiteindelijk dus ook onze inwoners dit zullen merken. Met dat in het achterhoofd maken we bij deze Perspectiefnota al keuzes. We nemen u mee in de afwegingen die we hebben gemaakt.

De komende twee jaar willen we benutten om de consequenties en (on)mogelijkheden in kaart te brengen, zodat een nieuwe coalitie de juiste uitgangspositie heeft om keuzes te maken. Ook inventariseren we mogelijkheden om slim te kunnen blijven investeren met behoud van een gezonde financiële positie, nu en in de toekomst. Daarbij denken we bijvoorbeeld aan het beter benutten van Rijks- en Europese fondsen, zodat één provinciale euro meer oplevert voor Overijssel. Maar we kijken ook hoe we beheerst onze financiële uitgangspunten kunnen aanpassen. Bijvoorbeeld als het gaat om het benutten van afschrijvingsmethodieken, onze spelregels rond risicoafdekking en indien nodig het aantrekken van vreemd vermogen. Bij deze perspectiefnota nemen we hierop een eerste stap met het voorstel om de afschrijvingsmethodiek toe te passen op nieuwe investeringen in eigen infrastructuur. Tot slot maken we ons samen met andere provincies sterk voor het behoud van een autonoom belastinggebied, dat past bij onze onmisbare rol bij de regionale aanpak van de maatschappelijke opgaven.

Terugblik afgelopen twee jaar

Terug naar navigatie - Terugblik afgelopen twee jaar

We hebben de afgelopen jaren hard gewerkt aan de opgaven in Overijssel. Het past bij onze werkwijze om daarbij stil te staan en van te leren. Wat hebben we gerealiseerd van onze ambities en wat hebben we geleerd?

We zijn goed op weg met de uitvoering van ons coalitieakkoord. Provinciale Staten hebben een grote investeringsimpuls van € 305 miljoen beschikbaar gesteld bovenop de lopende begroting en reeds geplande investeringen. Ongeveer € 200 miljoen, circa 65 procent van deze investeringsimpuls is bestemd middels een investeringsvoorstel. Voorbeelden zijn: de investeringsvoorstellen mkb, HCA en Ruimte, Wonen en Retail fase I en II. Enkele investeringsvoorstellen die de komende periode volgen zijn: energietransitie 2e tranche en “Slim Digitaal Overijssel” (digitalisering).

We zijn trots op:

  • Waar we nu staan. In de uitvoering van het afgesproken beleid hebben we grote stappen gezet, zoals de afspraken rondom de N35, de investeringsvoorstellen van mkb tot de Investeringsimpuls Energietransitie 1ste tranche, de woonagenda’s, de PIP’s rond de ontwikkelopgave, het Statenvoorstel Right to Challenge, het nieuwe Cultuurbeleid 2021 – 2024 en de grote uitvoeringsprojecten als N340. Het coalitieakkoord is nog altijd een goede basis voor het “Samen bouwen aan Overijssel”.
  • Onze wendbaarheid ten tijde van crisis. In samenwerking met onze partners hebben we in kunnen spelen op de coronacrisis door snel maatregelen te treffen die voldoen aan de behoefte in de samenleving, die gewenste ontwikkelingen stimuleren en daarmee ons steentje bij te dragen aan het goed doorkomen van deze crisis. Zoals de mkb-vouchers, de regeling sociale hypotheek en de OV-dienstverlening die onze concessiehouders – met de noodzakelijke aanpassingen – blijvend hebben aangeboden.
  • De veerkracht van onze samenleving. De vele initiatieven en ideeën die worden opgepakt om elkaar te helpen en te werken aan toekomstperspectief. Voorbeelden: de Eerste Digitale Voorleestas van Rijnbrink om thuis het voorlezen te (blijven) stimuleren, de digitale rondleidingen die Poppodium Burgerweeshuis verzorgde, de eenpersoons voorstellingen van TamTam Theater, de intieme kleine voorstelling Voorvallen van Theatergroep de Jonge Honden en Auping in Deventer dat zich ook toelegt op mondkapjes.
  • Dat we dus samen met elkaar in staat zijn om kansen te benutten. En dat we lef tonen. Door juist in tijden van grote onzekerheden vooruit te kijken en te bedenken wat er ook nu nodig is. Zo hebben we samen met onze partners een nieuw provinciaal Cultuurbeleid 2021-2024 en een versterkingsprogramma ontwikkeld, gericht op het versterken van de weerbaarheid van de culturele sector en hebben we met de decentrale overheden een gezamenlijke aanbod opgesteld voor het nieuwe kabinet “Krachtig groen herstel van Nederland”.
  • We hebben, ondanks dat de beperkingen door corona, participatieve processen opgestart zoals de Gebiedsgerichte aanpak stikstof en de nieuwe Omgevingsvisie.


Nieuwe perspectieven en leerpunten:

  • Het toenemende belang van een gebiedsgerichte aanpak. De opgaven hebben immers een verschillend karakter, afhankelijk van het gebied, en spelen op elkaar in. Als provincie hebben we daar als dé regionale gebiedsregisseur een belangrijke rol in te vervullen: het verbinden van de opgaven, de bijbehorende partners en geldstromen. Bijvoorbeeld met betrekking tot de stikstofcrisis zijn we samen in Overijssel gekomen tot de Gebiedsgerichte aanpak stikstof, waarin we ook breder kijken naar de verbinding met andere opgaven.
  • Er zijn veel verschillende geldstromen, zoals het Nationaal Groeifonds (Rijk) en bestaande en nieuwe Europese fondsen als React-EU en Recovery en Resilience Facility (RRF). Bovendien is de dynamiek groot. Het is daarom belangrijk om concrete proposities klaar te hebben liggen om deze fondsen zo optimaal mogelijk te benutten. Als provincie vervullen wij hierin een belangrijke rol, omdat wij het organiserend vermogen hebben om opgaven en partijen, en bijbehorende geldstromen en slagkracht, op verschillende niveaus aan elkaar te verbinden. Dit doen we nu bijvoorbeeld met Strategische Innovatie Investeringsagenda Oost Nederland.
  • De noodzaak voor flexibiliteit. Zo hebben we dankzij de flexibele opzet van het programma Ruimte, Wonen en Retail goed kunnen inspelen op de coronacrisis. Door in 2020 investeringen naar voren te halen voor crisisarrangementen waarin we samen met onze partners werken aan wat in de crisis belangrijk is voor een vitaal centrum. Onze flexibiliteit komt ook terug in de mkb-vouchers (brede mkb aanpak) en ons cultuurbeleid (gericht op weerbaarheid van de sector).
  • Onderwerpen die in de loop van tijd prominenter op de agenda zijn komen te staan. Zo is gezondheid steeds meer onderdeel van ons regulier beleid en programma’s en wordt als één van de rode draden voor de nieuwe Omgevingsvisie uitgewerkt.
  • De toegenomen polarisatie en maatschappelijk onbehagen in de samenleving. Dat raakt aan de kwaliteit van samenleven. Het vraagt van ons om te bekijken hoe we daarmee omgaan, vooral in relatie tot onze maatschappelijke opgaven. Denk bijvoorbeeld aan de stikstofcrisis en de druk op de landbouwsector. Het is daarbij belangrijk om perspectief te bieden. Hiertoe zijn we gestart met het opstellen van een perspectief op de landbouw.
  • De maatschappelijke opgaven hebben een grote ruimtevraag. Bovendien worden de opgaven, versterkt door de crisissen, steeds concreter en zichtbaarder. Hoewel er uiteraard mogelijkheden zijn voor onder andere multifunctionaliteit, is niet alles overal mogelijk en zullen er ook moeilijke keuzes moeten worden gemaakt. Bij de totstandkoming van de nieuwe Omgevingsvisie werken we dat in samenhang uit, met brede betrokkenheid vanuit onze partners.


De schadeproblematiek langs kanaal Almelo-de Haandrik willen we hier niet onvermeld laten. De schade aan woningen en de onzekerheid over de oorzaak hiervan heeft een enorme impact op de bewoners. De schades zetten ook een rem op de ontwikkeling van het gebied. Gelet op deze omstandigheden heeft provincie Overijssel met een onverplichte regeling besloten tot aanpak van schades aan panden langs het kanaal en daarmee te investeren in leefbaarheid en perspectief voor het gebied. Om diezelfde reden versnellen we de uitvoering van het verdiepingsonderzoek naar het zogenaamde ‘faalmechanisme’. We blijven investeren in onze aanwezigheid in het gebied om bewoners waar mogelijk te ontzorgen in deze moeilijke situatie. We staan in nauw contact met de betrokken gemeenten en het waterschap Vechtstromen om als één overheid de problematiek het hoofd te bieden en de bewoners weer perspectief en grip te geven.

Vooruitblik komende twee jaar en periode daarna

Terug naar navigatie - Vooruitblik komende twee jaar en periode daarna

We bouwen voort op de stevige basis die we met elkaar in alle opgaven, maar juist ook in de verbindingen, hebben gelegd. We doen dat, zoals gezegd, vol optimisme en realisme over wat we kunnen bereiken. We hebben daarbij te maken met inter(nationale) en kaders en samenwerkingen met vele partners, zoals de bestuurlijke akkoorden en wetten op het gebied van klimaat (Klimaatakkoord, Klimaatwet, Green deal etc.) en stikstof (onder andere de Stikstofwet). Bovendien hebben we in de komende periode een nieuw kabinet, dat in haar regeerakkoord ook richting zal geven. Wij leveren onze aandeel aan de betreffende opgaven. Tegelijkertijd biedt dit ons kansen om de bijbehorende beschikbare fondsen te benutten voor het realiseren van de opgaven in Overijssel. Wij doen dat met oog voor de belangen van Overijssel, in lijn met onze ambities én met onze kenmerkende Overijsselse aanpak. In Overijssel kennen we elkaar en hebben we wat voor elkaar over. Het Overijsselse “noaberschap” ten voeten uit.

In de komende twee jaar liggen belangrijke mijlpalen in het vooruitschiet. Een selectie uit de ambities van het coalitieakkoord die de komende twee jaar worden gerealiseerd:

  • Opening N340 van aansluiting A28 tot Ommen (najaar 2021).
  • Congresreeks Comeback Cultuur over de onderwerpen ondernemerschap, maakklimaat, innovatie (najaar 2021).
  • Pilot burgerschap op basisscholen (2e helft 2021).
  • Opleveren uitvoeringsagenda’s van de DeltaPlan Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) werkregio’s (eind 2021 / begin 2022).
  • Opening / lancering European Digital Innovation Hub (EDIH), gefinancierd vanuit Digital Europe (eind 2021 / begin 2022).
  • Besluitvorming in uw Staten over verduurzaming treindiensten Almelo-Mariënberg en Zutphen – Hengelo (Oldenzaal) (voorjaar 2022).
  • Het nieuwe omgevingsbeleid (Omgevingsvisie en Omgevingsverordening) dat volgens planning in november 2022 ter vaststelling voorligt in uw Provinciale Staten.
  • Oplevering van de gebiedsanalyses ten behoeven van de Gebiedsgerichte aanpak.
  • In 2022 planten we de eerste boom in het kader van de boscompensatie gefinancierd vanuit het Programma Natuur.
  • RES 2.0 in maart 2023.


Wanneer we de blik vooruit werpen ná deze twee jaar, ligt er een aantal belangrijke vraagstukken. Die willen we de komende twee jaar zoveel scherp mogelijk in beeld brengen, zodat de volgende coalitie daarin tot eigen afwegingen en keuzes kan komen. Enkele uitdagingen die we voor de volgende coalitie – en ook veelal naar de verdere toekomst – zien, zijn:

  • Financieel: voldoende investeringskracht voor de opgaven waar we voor staan in Overijssel.
  • Een krachtig groen herstel van Overijssel.
  • Gebiedsgerichte aanpak stikstof: uitvoering van de gebiedsagenda’s.
  • Het vervullen van onze rol bij het realiseren van de ambities uit het Klimaatakkoord. Voor de RES geldt: (opstarten van) de uitvoering van de gemaakte afspraken in het RES bod.
  • Versnelling woningbouw en realiseren kwalitatieve balans op de woningmarkt, onder andere op basis van de regionale woonagenda’s.
  • Transitie van de landbouw.
  • Gebiedsgerichte aanpak: opgaven verbinden, kansen benutten en keuzes maken (op basis van de nieuwe Omgevingsvisie; gezien de grote ruimtelijke druk van de maatschappelijke opgaven is niet alles overal mogelijk). De positie van de provincie als dé regionale gebiedsregisseur verder uitwerken en uitdragen. Onder ander in het krachtig groen herstel van Nederland. We zijn een zelfbewuste provincie.
  • Verdere impuls aan participatieve processen, met brede betrokkenheid van uit de samenleving.


In aansluiting op bovenstaande vraagstukken en uitdagingen hebben we vanuit de strategische functie binnen de provinciale organisatie een agenda voor strategieontwikkeling opgesteld. Onderdeel van deze agenda is een verkenning van strategieën om hoogste maatschappelijke meerwaarde uit provinciale / publieke investeringen te verkrijgen. Daarnaast zijn we met een ontwikkelagenda organisatiebreed aan de slag met de verbetering en ontwikkeling van onze organisatie. Eén van de thema’s is “beter aansluiten op de samenleving.” Dat doen we bijvoorbeeld door actief gestructureerd feedback op ons werk en onze resultaten op te halen bij de samenleving en de opbrengsten daarvan te delen om ervan te leren.

Budgettair perspectief 2021-2025

Terug naar navigatie - Budgettair perspectief 2021-2025

De financiële ontwikkelingen zoals hiervoor geschetst leggen een zware wissel op het budgettair perspectief. De niet-beïnvloedbare mutaties bij deze perspectiefnota hebben forse impact op de toekomstige totale ruimte (en dan met name het structurele saldo). In totaal loopt het negatieve effect op tot ruim € 14,5 miljoen in 2025 (€ 11 miljoen structureel en € 3,5 miljoen incidenteel). Hiermee is de ruimte die we met de herprioritering hadden vrijgespeeld in feite verdampt en is de ruimte voor nieuwe voorstellen nog zeer beperkt.

Zoals aangegeven hebben we, met het oog op de ontwikkeling van het budgettair perspectief kritisch gekeken naar het ambitieniveau van de aanvullende voorstellen bij deze perspectiefnota. Dit hebben wij ook uitgebreid toegelicht bij de afzonderlijke voorstellen. Per saldo is het incidentele effect op het budgettair perspectief daarmee beperkt gebleven. Ook stelt het ons in staat om nu voor de volgende coalitieperiode nog eens € 10 miljoen extra te reserveren.

Echter presenteren we voor het eerst niet voor elk jaar een sluitende begroting. In het jaar 2023 is het tekort € 12,3 miljoen. Het geeft vooral aan dat het signaal dat we hiervoor hebben geschetst ook concreet kan worden. Wij zullen bij de Begroting 2022 komen met een jaarlijks op totaal sluitend budgettair perspectief.

Met een ruimte van € 18,7 miljoen in de Algemene Reserve en de negatieve jaarschijf in 2023 van € 12,3 miljoen, resteert in deze coalitieperiode circa € 6,4 miljoen aan ruimte. Wij stellen voor deze middelen achter de hand te houden voor de geschetste PM-posten in deze perspectiefnota (met name Gebiedsgerichte aanpak, inclusief stikstof). 

Voor de volgende coalitieperiode is de ruimte in de jaarschijven ongeveer € 10 miljoen per jaar. Het structurele saldo is naar verhouding zeer gering (minder dan € 1 miljoen). Zoals vermeld is deze ruimte op de lange termijn zeer onzeker en is het zeker niet genoeg om het huidige uitgavenpatroon te kunnen voortzetten. Met de extra reservering voor de volgende coalitieperiode is er aan het begin van de periode wel incidenteel € 50 miljoen beschikbaar.


(Bedragen x € 1.000)

Statenvoorstel

Terug naar navigatie - Statenvoorstel

Het Statenvoorstel is het besluitvormend stuk bij deze perspectiefnota. Het Statenvoorstel vindt u onder de 'Meer'-knop aan de rechterkant.