Vitaal landelijk gebied

Vitaal landelijk gebied

Terugblik

Terug naar navigatie - Terugblik

Er komen veel opgaven samen in het landelijk gebied. Dat was al duidelijk aan het begin van deze coalitieperiode, maar dat is de afgelopen jaren alleen maar duidelijker geworden. De stikstofcrisis heeft als het ware als katalysator gefungeerd voor onze ambities uit het coalitieakkoord. Dat levert spanningen op, maar ook kansen en de urgentie om tot oplossingsrichtingen en keuzes te komen. Binnen verschillende programma’s werken we met onze partners aan een toekomstbestendig landelijk gebied, zoals: de Gebiedsgerichte aanpak stikstof, Koers landelijk gebied, agro&food en het natuurbeleid.

Terugblikkend zien we enkele in het oog springende resultaten van de afgelopen twee jaar:

  • We werken onverminderd door aan natuurherstel met de Ontwikkelopgave Natura 2000. Uw Staten hebben de afgelopen periode een groot aantal PIP’s vastgesteld. We konden dat alleen maar doen samen en met inspanning van onze Samen Werkt Beter partners. In navolging op vorig jaar is er verder een nieuwe actualisatie van de uitvoeringsreserve NNN gemaakt. De actualisatie geeft geen aanleiding om aanspraak te maken op de gereserveerde middelen in de Algemene risicoreserve. Een uitgebreide toelichting vindt u terug in de paragraaf Ontwikkelingen en voorstellen.
  • Het Rijk startte met de structurele aanpak voor stikstofemissiereductie en natuurherstel. Eén lijn hierin richt zich op vermindering van bronemissies en krijgt vorm door landelijke maatregelen en met een gebiedsgerichte aanpak stikstof. In 2020 hebben wij het Overijsselse programma Gebiedsgerichte Aanpak Stikstof (GGA) opgezet. Binnen dit programma is onze inzet om op gebiedsniveau stikstofemissies en daarmee de stikstof deposities op Natura 2000 gebieden verdergaand terug te dringen, zodat de natuur kan herstellen en er ruimte ontstaat voor maatschappelijke en economische ontwikkelingen die stikstofdepositie veroorzaken. De tweede lijn in de structurele aanpak stikstof van het Rijk richt zich op natuurherstel en krijgt vorm met het Programma Natuur. Dit programma is in 2020 opgezet door Rijk en provincies samen. De middelen uit dit programma zijn in bijzonder mate bestemd voor natuurherstelmaatregelen voor stikstofgevoelige natuur en zullen binnen de GGA en Ontwikkelopgave Natura 2000 ingezet worden.
  • Ondanks de beperkingen door corona hebben we veel positieve resultaten bereikt met het programma Natuur voor Elkaar. Voorbeelden zijn de uitreiking van de Ereprijs voor groen ondernemen aan drie Overijsselse ondernemers en de vergroening van inmiddels 110 schoolpleinen.


Nieuwe perspectieven en leerpunten:

  • Nadrukkelijker dan de afgelopen jaren is, als gevolg van de stikstofcrisis, de transitie in de landbouw als één van de grootste opgaven in het landelijk gebied naar voren gekomen. Niet alleen omdat de transitie het stikstofvraagstuk bedienen kan, maar ook omdat deze transitie nodig is voor de andere grote opgaven in het landelijk gebied. De landbouw staat onder druk, zal moeten veranderen, maar zal ook een ‘eigen positie’ moeten innemen tussen alle andere (ruimte vragende) transities. Hiertoe zijn we dit jaar gestart met het opstellen van een perspectief op de landbouw.
  • Er bestaat een spanningsveld tussen korte termijn opgave (stikstof) en de langere termijn opgaven (klimaatmitigatie en -adaptatie, transitie van de looplandbouw, biodiversiteit, energie). De urgentie van de stikstofproblematiek bepaalt veelal de discussie en legt druk op het halen van korte termijn resultaten. De langere termijn vraagt echter meer denkwerk. Wat we nodig hebben, zijn heldere kaders die richting geven aan een koers voor het landelijk gebied (inclusief een perspectief voor de landbouw). Heldere kaders die we creëren door moeilijke keuzes op tafel te leggen.

Vooruitblik

Terug naar navigatie - Vooruitblik

Het landelijk gebied staat voor grote uitdagingen (zie ook Overijssel Ontcijferd Vitaal platteland 2021). Van het voorbereiden op grote transities als de klimaatopgave (het omgaan met hitte, droogte en wateroverlast), energie, transitie in de landbouw tot de enorme woonopgave, het belang van een aantrekkelijke en gezonde leefomgeving en het vitaal houden van buurtschappen, kernen en dorpen. Het zijn ontwikkelingen die op alle niveaus impact hebben op het landelijk gebied. We kijken zowel vanuit wat nodig is als wat mogelijk is. We onderzoeken kansrijke perspectieven voor ecologie en economie in samenhang met leefbaarheid en ruimtelijke kwaliteit van het landelijk gebied. Daarom verbinden we in verschillende programma’s de opgaven met elkaar.

Kaders landelijk gebied

Terug naar navigatie - Kaders landelijk gebied

De nieuwe Omgevingsvisie levert kaders voor de inrichting van het landelijk gebied, waarin de bouwstenen uit de Koersontwikkeling landelijk gebied, de Gebiedsgerichte aanpak stikstof en Perspectief op de landbouw verwerkt zijn. Planning is om in november 2022 het nieuwe omgevingsbeleid (Omgevingsvisie en Omgevingsverordening) voor vaststelling voor te leggen aan uw Staten.

Gebiedsgerichte aanpak stikstof en Koersontwikkeling landelijk gebied
Met het programma Gebiedsgerichte aanpak stikstof werken we aan het stikstofvraagstuk en oplossingen voor de kortere termijn (integraal: stikstof, natuur én sociaal-economische effecten). Het programma komt begin 2022 met gebiedsagenda’s voor de zes gebieden. In de Koersontwikkeling landelijk gebied richten we ons op de opgaven in samenhang en werken we in 2021 de toekomstperspectieven en beleidsopties uit richting 2050. De korte termijn oplossingen van de Gebiedsgerichte aanpak stikstof toetsen wij aan de lange termijn randvoorwaarden uit Koersontwikkeling landelijk gebied.

Perspectief op de landbouw
Voor de transitie van de landbouw is het ontwikkelen van een perspectief belangrijk. De komende jaren komen er, enerzijds door autonome ontwikkelingen en anderzijds door de inzet van opkoopregelingen van het stikstofbeleid, landbouwgronden beschikbaar. Deze gronden kunnen gebruikt worden als oplossing voor extensivering van landbouwbedrijven, versterking van biodiversiteit, vasthouden van water, de energietransitie en woningbouw. Ze zijn daarmee een belangrijk middel om in een gebiedsgerichte aanpak ruimte voor oplossingen te creëren. Dit vraagt van ons op korte termijn heldere kaders te bieden aan boeren zodat zij deze beweging aan kunnen grijpen om een duurzaam rendabel bedrijf te ontwikkelen. Toekomstperspectieven die sterk en duidelijk genoeg zijn zodat boeren weten waar zij aan toe zijn en ze in kunnen zetten op verandering.

Koppeling korte en lange termijn
2022 is daarmee een belangrijk jaar waarin we de gebiedsagenda’s voor de korte termijn, en de kaders voor het aanpakken van de opgaven voor de lange termijn scherp hebben. Het vervolg hierop is de uitvoering in een verbrede gebiedsgerichte aanpak waarin we de opgaven van zowel de korte als lange termijn in samenhang oppakken. Het is van belang juist dan te blijven inzetten met verdere investeringen om zo’n gebiedsgerichte aanpak mogelijk te maken. De precieze bedragen die nodig zijn voor onze inzet op de genoemde onderwerpen zijn nog niet helder. Wel is duidelijk dat het al gauw gaat om claims van enkele miljoenen euro’s en dat dit vraagt om een integrale afweging. Daarom stellen wij voor om voldoende middelen achter de hand te houden om hier op in te kunnen spelen.

Voor de kortere termijn, 2021 en 2022, bundelen we middelen en slagkracht om de gebieden en de partners ‘in beweging’ te krijgen. Hiervoor zoeken we verbindingen en koppelkansen in de programma’s/projecten Gebiedsgerichte aanpak stikstof, Perspectief op de landbouw, Veenweide, vrijwillige kavelruil, Leefbaar platteland, en agro&food, binnen de huidige budgetruimte. De erfcoaches voeren gesprekken met agrarische bedrijven over toekomstbestendige erven. Deze gesprekken beslaan het gehele palet aan opgaven en vormen daarmee een belangrijke ondersteuning aan agrariërs. We stellen u voor dit programma een vervolg te geven in 2022 en 2023 en daarvoor in totaal € 1,125 miljoen beschikbaar te stellen. Met het oog op ons budgettair perspectief is dit is minder dan de huidige inzet van € 1 miljoen per jaar. Hierdoor kunnen naar verwachting minder ervencoaches worden ingezet. Wij onderzoeken de mogelijkheid om binnen het toekomstig programma Natuur en/of het vervolg van de aanpak Stikstof aanvullende inzet op het programma Toekomstgerichte Erven te organiseren.

Europees Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Terug naar navigatie - Europees Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Het nieuwe GLB start 2023 en loopt tot en met 2027. De GLB-middelen bieden kansen om boeren te belonen voor het leveren van diensten (op het gebied van bijvoorbeeld bodem, water en natuur) om klimaat en biodiversiteitsdoelen te halen. Onze inzet is GLB te gebruiken voor groenblauwe dooradering van het landelijk gebied. Bovendien biedt het GLB mogelijkheden om te investeren in kennis en innovatie. Daarmee geeft het een belangrijke impuls in de omschakeling naar duurzame landbouw.

Groenblauwe dooradering

Terug naar navigatie - Groenblauwe dooradering

Met groenblauwe dooradering geven we uitwerking aan de (vele) ontwikkelingen die op ons landschap afkomen en waardoor het de komende jaren onmiskenbaar gaat veranderen. Deze dooradering raakt meerdere aspecten zoals het agrarisch (natuur-)beheer, inrichting van het cultuurlandschap, biodiversiteit, hydrologische waarden, en recreatie. Waar nieuwe landschapselementen worden aangelegd en/of bestaande beschermd en beheerd, is afhankelijk van de gebiedskenmerken en bijbehorende landschapstypen. We kiezen daarom voor een uitwerking in de Koersontwikkeling landelijk gebied en de nieuwe Omgevingsvisie. Tegelijkertijd werken we enkele voorstellen uit hoe op kortere termijn (2021/2022) hierop voor te sorteren.

Natuur

Terug naar navigatie - Natuur

Met het Programma Natuur komt er voor de eerste 3 jaar (2021-2023) extra geoormerkt geld (totaal € 87 miljoen) van het Rijk voor herstel van stikstofgevoelige natuur en boscompensatie. Voor de jaren 2023 tot 2030 werken Rijk en provincies aan het fundament voor de inzet van de middelen die dan beschikbaar komen. Als onderdeel van het Programma Natuur komt er een Agenda Natuurinclusief voor een natuurinclusieve maatschappij. Deze agenda moet in de breedte bijdragen aan biodiversiteitsherstel, zowel in als buiten natuurgebieden én zowel op het platteland als in de stad. Dit omdat we met het Natuurpact, het Uitvoeringsprogramma natuur én de daling van de stikstofdepositie nog steeds onze doelen niet halen. Naar verwachting is deze Agenda Natuurinclusief eind 2021 klaar.

Ons programma Natuur voor Elkaar fungeert als een aanjaagprogramma voor een natuurinclusievere maatschappij. Het verder vormgeven hiervan vraagt ons om na te denken hoe dat te doen en met welk instrumentarium. Naast kansen in ons ruimtelijk ordeningsinstrumentarium, ligt privaat-publieke samenwerking voor de hand. Het vraagt vooral eigenaarschap van andere actoren zoals in de stedelijke omgeving bij gemeenten, woningcoöperaties, bedrijven. Met deze lijn sluiten we aan bij de ontwikkelingen die door de coronacrisis zijn versterkt. Mensen hebben behoefte aan meer groen in de stad en groen in het buitengebied om te kunnen recreëren (zie ook de thema's Wonen en demografie en Samenleven en welzijn in Overijssel Ontcijferd). Met de Agenda Natuurinclusief kunnen we de aantrekkelijkheid van onze woon-, werk- en leefomgeving versterken. En gelijktijdig werken aan het voorkomen van hittestress en wateroverlast.

Eind 2021 hebben we onze Overijsselse Bossenstrategie uitgewerkt. Dit als doorvertaling van de landelijke Bossenstrategie van Rijk en provincies. De bossenstrategie levert een belangrijke bijdrage aan het behalen van natuur- en klimaatdoelstellingen. Voor Overijssel is 1400 ha boscompensatie (van kap binnen de Natura 2000 opgave) nodig. Binnen het Programma Natuur is voor de komende 3 jaar financiële dekking voor circa 200 ha boscompensatie. Over het resterend deel van de ha’s zijn de bestuurlijke afspraken van het Programma Natuur nog niet vastgesteld.

Aanpak veenweide

Terug naar navigatie - Aanpak veenweide

Samen met partners werken we aan de Gebiedsgerichte aanpak Noordwest Overijssel, gericht op het opleveren van een Veenweidestrategie (Klimaatakkoord) en Gebiedsanalyse en -agenda stikstof (GGA). Daarbij werken we aan een gedragen toekomstperspectief voor het gebied in synergie met andere relevante opgaven in het gebied. We zijn van start gegaan met een aantal projecten op het gebied van CO2-reductie, natuur, water, en de toekomst van de landbouw met de eind 2020 ontvangen € 4,3 miljoen uit het IBP Vitaal Platteland. Uit het Klimaatakkoord ontvangen we in totaal € 15 miljoen voor uitvoeringsgerede plannen in de uitwerkingsgebieden en voor het uitkopen van één of meer vrijwillige stoppers als ‘grondbank’ in het gebiedsproces.