Begroot 0

Realisatie 0

Ruimte 0

Status prestaties

Analyse van het resultaat over 2020

Analyse van het resultaat over 2020

Begroot 0

Realisatie 0

Ruimte 0

Status prestaties

Resultaatoverzicht

Terug naar navigatie - Resultaatoverzicht

Het financiële resultaat over 2020 is als volgt samen te vatten:

De begrote lasten in 2020 bedroegen € 592,5 miljoen. De baten waren begroot op € 438,0 miljoen. Het begrote nadelige saldo van baten en lasten bedroeg daarmee € 154,5 miljoen. Dit bedrag zou per saldo worden onttrokken aan de reserves. Dat beeld past bij de uitvoering van de grote opgaven uit het coalitieakkoord, inclusief het investeringsprogramma Kwaliteit van Overijssel. De middelen voor die grote opgaven zijn beschikbaar in onze bestemmingsreserves. 

Het gerealiseerde saldo van baten en lasten in 2020 bedraagt € 73,1 miljoen nadelig. Het saldo is daarmee € 81,4 miljoen minder nadelig dan begroot. Voor € 54,3 miljoen wordt dit veroorzaakt door baten en lasten die worden verrekend met de reserves. Aan die reserves wordt dan ook € 54,3 miljoen minder onttrokken dan begroot. Dit bedrag blijft beschikbaar in de reserves voor besteding in latere jaren, aan de gestelde doelen. 

Per saldo wordt in 2020 dan voor € 100,2 miljoen onttrokken aan de reserves. Deze bijdrage vanuit de reserves, gevoegd bij het nadelige saldo van baten en lasten, leidt tot een positief jaarrekeningresultaat van € 27,1 miljoen.

Analyse van het resultaat

Terug naar navigatie - Analyse van het resultaat

Het resultaat van € 27,1 miljoen wordt veroorzaakt door voor- en nadelen op budgetten van meerdere prestaties in de begroting. Onderstaand specificeren wij die voor- en nadelen. Daarbij vermelden wij de voor- en nadelen die groter zijn dan € 0,5 miljoen. Het betreft de voor- en nadelen ten opzichte van de actuele begroting 2020.

Grondverkopen en tijdelijk beheer (prestatie 1.1.4)
Het project ‘grond voor grond’ vormt een onderdeel van de grondverkopen onder prestatie 1.1.4. De gronden binnen dit project hebben wij van het Rijk verkregen bij het sluiten van het Natuurpact in 2013. De verkoopopbrengst van deze gronden zetten wij in ter dekking van de kosten voor de Ontwikkelopgave Natuurnetwerk Nederland. Ieder jaar verkopen wij een deel van deze gronden. Drie transacties hebben wij eerder af kunnen ronden dan voorzien. De gerealiseerde verkoopresultaten zijn daarom € 2,6 miljoen hoger dan begroot. Het gaat om eerder gerealiseerde winst dan begroot, de uiteindelijk voorziene opbrengst van dit meerjarige traject blijft ongewijzigd.

Naast het voordeel op grond voor grond is op deze prestatie een voordeel van € 0,6 miljoen gerealiseerd op het tijdelijk beheer. Het gaat om tijdelijk beheer van gronden en opstallen die wij nog in ons bezit houden voor provinciale projecten. Deze voorraad gronden en opstallen is groter dan wij bij de start van dit traject hadden voorzien. Een groter deel van de courante gronden en opstallen hebben wij nog in ons bezit. De huur- en pachtopbrengsten van de objecten overtreffen de kosten van het beheer en onderhoud.

IJsseldelta fase II (prestatie 1.2.7)
Binnen prestatie 1.2.7 is een budget beschikbaar voor de coördinatie van drie regionale deelprojecten van het MIRT-project IJsseldelta Fase 2. De beschikbaarheid van dit budget en de daarvoor uit te voeren werkzaamheden zijn vastgelegd in de Bestuursovereenkomst IJsseldelta Fase 2 die wij met het Rijk gesloten hebben in 2016. Van het totale budget van € 2,6 miljoen resteert nog € 1,2 miljoen. Dit bedrag is benodigd voor de uitvoering van de werkzaamheden in 2021 en verder. Wij doen u om die reden dan ook een voorstel voor resultaatbestemming via deze jaarrekening 2020.

Vergunningverlening, toezicht en handhaving (prestatie 2.1.2)
Het budget voor deze prestatie bedroeg in 2020 € 4,3 miljoen. Het voordeel van € 0,8 miljoen wordt voor € 0,2 miljoen veroorzaakt door een hogere opbrengst van de leges voor omgevingsvergunningen. Daarnaast is voor € 0,6 miljoen aan uitvoeringsbudgetten niet tot besteding gekomen. Het gaat hierbij vooral om het budget voor de transitie van de omgevingsdiensten van input naar output gestuurd en om het budget voor screening en actualisatie van de omgevingsvergunning. Voor het restant op het eerst genoemde budget doen wij u een voorstel voor resultaatbestemming, zodat dit meerjarige traject kan worden gecontinueerd.

Voorziening Energiefonds Overijssel B.V. (EFO) (prestatie 2.3.2)
Uit de jaarrekening 2020 van EFO blijkt dat het eigen vermogen van de BV is afgenomen. Voor het verschil tussen het door ons gestorte vermogen en het eigen vermogen van de BV treffen wij een voorziening. Het gaat om een bedrag van € 1,8 miljoen. Via het voorstel tot resultaatbestemming bij deze jaarrekening stellen wij u voor om dit bedrag te onttrekken aan de daarvoor bestemde middelen in de Algemene financieringsreserve.

Monitoring natuur en landschap (prestatie 3.1.7)
De voorbereiding van monitoringactiviteiten heeft meer tijd gekost dan voorzien. Veel van deze activiteiten lopen daarom door in 2021. Van het budget van € 0,7 miljoen is € 0,5 miljoen in 2020 niet besteed. Deze niet bestede middelen zijn nodig voor de uitvoering in 2021. Wij doen u dan ook een voorstel voor resultaatbestemming bij deze jaarrekening.

Beheer landschap (prestatie 3.2.1)
De COVID-19 maatregelen hebben veel beperkingen opgeleverd om de gestelde doelen te behalen. Dit speelde onder andere bij het opstellen en uitvoeren van bidbooks en bij de verbreding van het vrijwilligerswerk. Voor de niet bestede middelen doen wij u een voorstel voor resultaatbestemming, zodat wij die in de toekomst in kunnen zetten voor het doorvoeren van een versnelling op dit terrein.

Duurzame systemen en netwerken (prestatie 4.1.3)
Het budget op deze prestatie bedroeg € 2,5 miljoen. Het gerealiseerde voordeel ten opzichte van de begroting bedraagt € 2,3 miljoen. Voor twee subsidieverleningen aan de Cleantechregio vergde de voorbereiding van de betreffende projecten meer tijd dan voorzien. Daarnaast is de Voucherregeling thuiswerkplannen eind 2020 opengesteld. Zowel de subsidies aan de Cleantechregio als de subsidies voor de voucherregeling worden daarom in 2021 verstrekt. Dit leidt tot een voordeel van € 0,9 miljoen. Daarnaast hebben wij van het Rijk diverse doeluitkeringen ontvangen. Dit leidt tot een voordeel van € 1,4 miljoen. Van het totale voordeel van € 2,3 miljoen komt € 1,0 miljoen ten gunste van reserves. De resterende € 1,3 miljoen maakt onderdeel uit van het rekeningresultaat.

Concessie- en contractmanagement (prestatie 4.2.3)
Van het budget van € 106,6 miljoen resteert € 4,5 miljoen. Hiervan blijft € 2,2 miljoen ten gunste van de reserves. Het resterende voordeel van € 2,3 miljoen maakt deel uit van het rekeningresultaat. Dit voordeel wordt vooral veroorzaakt door een lagere OV-index dan begroot. Door de beschikbaarheidsvergoeding vanuit het Rijk heeft de corona-crisis geen noemenswaardig effect gehad op het saldo van lasten en baten voor deze prestatie.

Infrastructurele maatregelen verkeersveiligheid (prestatie 4.5.1)
Van het budget voor deze prestatie, ter grootte van € 4,5 miljoen, resteert € 2,1 miljoen. De niet bestede middelen bestaan voor € 1,9 miljoen uit budget voor de beleidsimpuls verkeersveiligheid. Bij de Monitor Overijssel 2020-II hebben wij aangekondigd deze middelen in te willen zetten voor cofinanciering op de recent toegekende specifieke Rijksuitkering stimulering verkeersmaatregelen. Van de € 1,9 miljoen blijft € 1,4 miljoen beschikbaar via de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel. Voor de resterende € 0,5 miljoen doen wij u een voorstel tot resultaatbestemming.
Voor € 0,2 miljoen bestaan de niet bestede middelen uit lagere vaststellingen van subsidies die in eerdere jaren zijn toegekend voor het Uitvoeringsprogramma mobiliteit. Ook voor deze middelen doen wij u een voorstel voor resultaatbestemming. Dit is in lijn met uw besluitvorming op het Statenvoorstel Herprioritering (2020/1102400), om terugvloeiende subsidies meerjarig beschikbaar te houden voor toekomstige uitvoeringsprogramma’s mobiliteit.

Voorlichting en educatie verkeersveiligheid (prestatie 4.5.2)
Het voordeel van € 1,46 miljoen op het totaal beschikbare budget van € 6,8 miljoen doet zich voor op de budgetten voor voorlichting en educatie (€ 0,23 miljoen) en het verkeersveiligheidsprogramma (€ 1,23 miljoen). 

Verkenningen en planstudies mobiliteit (prestatie 4.6.9)
Op deze prestatie worden de kapitaallasten van investeringsprojecten in provinciale wegen verantwoord. En de kosten voor verkenningen en planstudies zijn hier opgenomen. In 2020 was voor deze prestatie € 5,8 miljoen beschikbaar. De kosten voor onderzoek en planstudies zijn € 0,6 miljoen achtergebleven bij de begroting.

Beheer provinciale infrastructuur (prestatie 4.7.1)
Voor deze prestatie was in 2020 € 32,1 miljoen beschikbaar. Hiervan is € 2,7 miljoen niet tot besteding gekomen. Voor € 2,1 miljoen blijft dit bedrag in de Reserve waterwegen beschikbaar als onderdeel van het budget voor de verdere afhandeling van de schademeldingen bij Kanaal Almelo de Haandrik. Voor € 0,6 draagt het niet bestede bedrag bij aan het jaarrekeningresultaat. Het voordeel van € 0,6 miljoen doet zich voor op het budget voor gladheidsbestrijding.

Bestaande werklocaties (prestatie 5.3.2)
Door de positieve ontwikkeling van de grondexploitatie voor het Regionaal bedrijventerrein Twente is uit de voorziening voor deze grondexploitatie € 1,7 miljoen vrijgevallen.

Topwerklocaties (prestatie 5.3.3)
Ons aandeel in het negatieve resultaat van de luchthavenexploitatie bedraagt € 0,5 miljoen. Bovendien hebben wij door de negatieve ontwikkeling van de grondexploitatie van Techbase Twente € 0,2 miljoen toegevoegd aan de Voorziening voor deze grondexploitatie.

Doeluitkering MIT 18-19-20 (prestatie 5.5.2)
Deze doeluitkering heeft betrekking op MKB-innovatiestimulering Regio en Topsectoren. De doeluitkering is in 2020 toegekend door het Rijk. Wij brengen in 2020 ook de in 2018 en 2019 gemaakte kosten, ter grootte van € 1,0 miljoen, ten laste van deze doeluitkering. Dat levert in 2020 een voordeel op van € 1,0 miljoen.
De in 2018 en 2019 gemaakte kosten zijn vooruitlopend op het beschikbaar komen van de Doeluitkering MIT ten laste gebracht van het KVO-budget voor deze prestatie. Om die reden doen wij u bij de jaarrekening een resultaatbestemmingsvoorstel, waarbij wij de middelen in Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel voor deze prestatie weer willen aanvullen met € 1,0 miljoen.

Verstrekken risicokapitaal – Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel (HFO) (prestatie 5.5.4)
Uit de jaarrekening 2020 van HFO blijkt dat het eigen vermogen van de BV is afgenomen. Voor het verschil tussen het door ons gestorte vermogen en het eigen vermogen van de BV treffen wij een voorziening. Het gaat om een bedrag van € 2,3 miljoen. Via het voorstel tot resultaatbestemming bij deze jaarrekening stellen wij u voor om dit bedrag te onttrekken aan de daarvoor bestemde middelen in de Algemene financieringsreserve.

Personeelslasten
Het budget voor personeelslasten bedroeg in 2020 € 67,7 miljoen. Hiervan resteert € 2,0 miljoen.

Motorrijtuigenbelasting
De opbrengsten motorrijtuigenbelasting zijn € 1,0 miljoen hoger dan de begrote € 112,8 miljoen. Voor deze extra baten doen wij u een voorstel voor resultaatbestemming, overeenkomstig de Perspectiefbrief 2020.

Dividendopbrengst Enexis
Deze opbrengst bedroeg in 2020 € 20,6 miljoen. Dat is € 2,9 miljoen hoger dan de begrote opbrengst.

Obligaties

Door de verkoop van een deel van de obligatieportefeuille is een positief transactieresultaat behaald van € 1,0 miljoen en zijn de rente-opbrengsten € 0,8 miljoen lager dan begroot.

Vrijval eerdere jaren
Jaarlijks is in de begroting een post van € 1,0 miljoen opgenomen als meevaller vanwege voordelen uit voorgaande jaren. Die voordelen komen bijvoorbeeld tot stand door lagere subsidievaststellingen. Het voordeel vanuit voorgaande jaren bedraagt € 3,2 miljoen in 2020, € 2,2 miljoen meer dan begroot. Vooral de lagere vaststelling van het project Herstructurering Twentekanaal (€ 1,6 miljoen), een gewijzigde subsidie-aanvraag voor het project Bolwerk Buitenwacht in Kampen (€ 0,5 miljoen) en de lagere bijdrage aan de verbreding voor de N35 Zwolle – Wijthmen (€ 0,5 miljoen) dragen hieraan bij. Daar staat een kostenpost voor afwikkeling van fiscale zaken uit de periode 2015-2019 tegenover.

Onvoorzien
Deze stelpost hebben wij niet aan hoeven spreken, wat een voordeel oplevert van € 0,5 miljoen.

Specificatie van het resultaat

Terug naar navigatie - Specificatie van het resultaat

Bovenstaand zijn alle afwijkingen van groter dan € 0,5 miljoen gespecificeerd. Onderstaande tabel geeft een verdere uitsplitsing van het resultaat. Daarmee zijn alle afwijkingen ten opzicht van de begroting inzichtelijk. Bij de genoemde prestaties wordt onder de financiële toelichting ingegaan op het verschil tussen de begrote en gerealiseerde lasten en baten.

 

Prestatie Onderwerp Resultaat Reserves Totaal
1.1.1 IPO en actualisatie omgevingsbeleid 144,00 - 144,00
1.1.1 Herziening omgevingsvisie - 114,00 114,00
1.1.2 Poort van het vechtdal - 108,00 108,00
1.1.2 Diverse uitvoeringsbudgetten ruimtelijk beleid 247,00 177,00 424,00
1.1.2 Ondergronds verkabelen 170,00 - 170,00
1.1.4 Tijdelijk beheer 635,00 - 635,00
1.1.4 Grond voor Grond 2.648,00 - 2.648,00
1.1.4 Overtollig bezit -54,00 - -54,00
1.1.5 Implementatie omgevingswet 289,00 - 289,00
1.2.2 ZON - 753,00 753,00
1.2.3 6e actieprogramma Nitraatuitspoel - 204,00 204,00
1.2.6 Ijsseldelta fase I - 4.704,00 4.704,00
1.2.7 Ijsseldelta fase II 1.230,00 - 1.230,00
1.3.2 Verpaupering recreatiewoningen 88,00 - 88,00
1.3.2 Starterslening SVN -151,00 - -151,00
1.3.2 Flexibele huisvesting, woonkeuken en flexwonen - 876,00 876,00
1.4.2 Gebiedsontwikkeling - 118,00 118,00
1.4.2 Circulair bouwen en circulair wonen - 240,00 240,00
1.4.2 Vitaliteit binnensteden - 1.228,00 1.228,00
1.4.2 Stadsbeweging en retail - 106,00 106,00
1.4.2 Kwaliteit bebouwd gebied - 153,00 153,00
1.4.2 Toekomstbestendige binnensteden en retail - 1.974,00 1.974,00
1.4.3 Leefbaar platteland - 886,00 886,00
2.1.1 Beleidsontw milieu en duurzaamheid 230,00 - 230,00
2.1.2 Vergunningverlening, toezicht en handhaving milieu 832,00 - 832,00
2.2.1 Bodemsanering - 1.214,00 1.214,00
2.3.1 Programma NEO - 2.781,00 2.781,00
2.3.1 Regionale energiestrategieen 411,00 - 411,00
2.3.1 Energietransitie - 3.725,00 3.725,00
2.3.2 Mutatie Voorziening deelneming Energiefonds Overijssel -1.794,00 - -1.794,00
3.1.2 VTH natuur en landschap 274,00 193,00 467,00
3.1.4 Beheer natuurterreinen - 878,00 878,00
3.1.5 Agrarisch natuurbeheer - 1.235,00 1.235,00
3.1.5 Actieplan weidevogels 86,00 - 86,00
3.1.6 Soortenbeleid (uKVO is biodiversiteit) 260,00 55,00 315,00
3.1.7 Monitoring natuur en landschap 516,00 - 516,00
3.2.1 Beheer landschap 546,00 - 546,00
3.2.1 1,1 miljoen bomen - 93,00 93,00
3.2.2 Stimulering natuur 119,00 - 119,00
3.2.2 Natuur voor elkaar - 331,00 331,00
3.3.1 Aanpak stikstof - 139,00 139,00
3.3.4 Vergoeding schade via faunafonds - 190,00 190,00
3.4.1 Beleidsontwikkeling landbouw 218,00 - 218,00
3.4.2 Agro & Food - 610,00 610,00
3.4.3 Kavelruil - 131,00 131,00
3.4.3 Revolving fund 237,00 - 237,00
3.5.1 Ontwikkelopgave - 6.268,00 6.268,00
3.5.3 Tender en afronding sectorale projecten - 494,00 494,00
3.5.4 Gebiedsgerichte aanpak stikstof - 265,00 265,00
4.1.3 Beter benutten -711,00 799,00 88,00
4.1.3 Mobiliteitsmanagement 1.310,00 - 1.310,00
4.1.3 Stimuleringsfonds - 300,00 300,00
4.1.3 DUS - MIRT '17-'19 442,00 - 442,00
4.1.3 DUS VDD - Verkeersinfrastructuur 225,00 - 225,00
4.2.1 Herijking OV - 1.340,00 1.340,00
4.2.2 Verduurzamen spoor: Zutphen Hengelo en Almelo - Hardenberg - 955,00 955,00
4.2.3 Concessie- en contractmanagement OV 2.289,00 391,00 2.680,00
4.2.3 Aanpak NABO's - 1.805,00 1.805,00
4.2.3 Doeluitkering Beschikbaarheidsvergoeding OV - -
4.2.6 Spoor Zwolle - Enschede - 389,00 389,00
4.3.1 Fiets 1.105,00 1.414,00 2.519,00
4.5.1 Infrastructurele middelen verkeersveiligheid 660,00 1.421,00 2.081,00
4.5.2 Educatie en voorlichting 1.461,00 - 1.461,00
4.6.3 N35 - Knooppunt Bos - 236,00 236,00
4.6.5 N50 Kampen - kampen Zuid - 3.820,00 3.820,00
4.6.9 Verkenningen en planstudies 602,00 - 602,00
4.7.1 Schademeldingen en proceskosten Almelo de Haandrik - 2.080,00 2.080,00
4.7.1 Beheer provinciale infra (vooral gladheidsbestrijding) 590,00 - 590,00
5.1.1 Arbeidsmarkt en onderwijs - 413,00 413,00
5.2.1 Regiodeal Twente - 1.086,00 1.086,00
5.2.3 Regiodeal Cleantechregio - 999,00 999,00
5.2.4 Regiodeal Giethoorn - -2.881,00 -2.881,00
5.3.1 Werlocaties, basis op orde 74,00 325,00 399,00
5.3.2 Bestaande werklocaties 1.702,00 - 1.702,00
5.3.3 Topwerklocaties - 238,00 238,00
5.3.3 Luchthavenexploitatie en grondexploitatie Tecbase Twente -744,00 - -744,00
5.4.1 Gastvrij Overijssel - -1.223,00 -1.223,00
5.4.2 Festivals en evenementen - 196,00 196,00
5.5.1 Basisinfrastructuur en innovatie (vooral economic board Zwolle) 44,00 112,00 156,00
5.5.2 Structurele middelen agro 157,00 - 157,00
5.5.2 DUS MIT 18-19-20 960,00 - 960,00
5.5.2 Bevorderen innovatie en ondernemerschap - 4.309,00 4.309,00
5.5.3 Europese programma's - 1.794,00 1.794,00
5.5.4 Verstrekken risicokapitaal -2.288,00 - -2.288,00
5.5.5 Circulaire economie - 787,00 787,00
6.2.1 Cofinanciering noodsteun culturele en creatieve sector - 378,00 378,00
6.2.1 Compensatie schade provinciale basisinfra cultuur - 1.293,00 1.293,00
6.2.1 DUS culturele voorzieningen provincies - - -
6.5.2 Zelfstandig wonen en gezond bewegen 275,00 - 275,00
6.6.1 Nieuwe diensten, voorzieningen en activiteiten 66,00 178,00 244,00
7.1.1 Bestuurlijke inrichting en samenwerking 15,00 280,00 295,00
7.1.5 Programma weerbare overheid 114,00 - 114,00
7.1.5 Doeluitkering veilige vakantieparken Overijssel - -
7.2.1 Kennisontwikkeling en -deling - 100,00 100,00
7.2.1 Jij & Overijssel 113,00 - 113,00
7.2.2. Trendbureau Overijssel 111,00 - 111,00
7.2.3 Digitale overheid, datastrategie en data-analyse 95,00 - 95,00
7.2.4 Eigentijdse invulling participatie - 235,00 235,00
7.3.1 Samenwerking met partners 102,00 37,00 139,00
7.3.2 Lobby en relatiebeheer 276,00 - 276,00
7.3.3 Communicatiebeheer 303,00 - 303,00
7.3.5 Verstevigen samenspel GS-PS 401,00 - 401,00
-
Overhead Overhead: 445,00 - 445,00
Personeel Personeelskosten 2.030,00 - 2.030,00
KT20 MRB 1.042,00 - 1.042,00
KT20 Provinciefonds 57,00 - 57,00
KT20 Dividend Enexis 2.933,00 - 2.933,00
KT20 Rente obligatieportefeuille -785,00 - -785,00
KT20 Verkoopresultaat obligaties 972,00 - 972,00
KT20 Onderuitputting/ vrijval eerdere jaren 2.186,00 - 2.186,00
KT20 Onvoorzien 500,00 - 500,00
Overige posten 821,00 479,00 1.301,00
27.131,00 54.328,00 81.460,00

Verklaring lagere besteding budgetten gedekt uit reserves

Terug naar navigatie - Verklaring lagere besteding budgetten gedekt uit reserves

Bovenstaand zijn de budgettaire afwijkingen toegelicht die hebben geleid tot het resultaat van € 27,1 miljoen. In totaal bedroegen de budgettaire afwijkingen € 81,4 miljoen. Per saldo hebben deze afwijkingen voor € 54,3 betrekking op budgetten die gedekt worden uit reserves. Deze afwijkingen hebben geen gevolgen voor het jaarrekeningresultaat maar leiden tot een hogere stand van de beschikbare reserves. De middelen blijven in die reserves beschikbaar voor realisatie van de gestelde doelen in de komende jaren.

De lagere besteding van € 54,3 miljoen heeft voor € 32,3 miljoen betrekking op budgetten van de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel. In 2020 was vanuit deze reserve een budget beschikbaar van € 170,5 miljoen. De lagere bestedingen hebben betrekking op de volgende prestaties:

De bestedingen ten laste van budgetten die worden gedekt uit de Uitvoeringsreserve Natuurnetwerk Netwerk Nederland zijn € 8,8 miljoen lager dan begroot. In 2020 was vanuit deze reserve een budget van € 95,1 miljoen beschikbaar. Voor € 6,3 miljoen wordt de lagere besteding veroorzaakt door lagere lasten voor de Ontwikkelopgave (prestatie 3.5.1). Van deze € 6,3 miljoen heeft € 0,7 miljoen betrekking op een correctie op de waardering van aangekochte gronden. Via het voorstel over de resultaatbestemmingen en begrotingswijzigingen bij de jaarstukken 2020 stellen wij u voor dit voordeel van € 0,7 miljoen te beklemmen in de Uitvoeringsreserve Natuurnetwerk Nederland. Bij de verkoop van de gronden blijkt namelijk pas of deze hogere waardering daadwerkelijk wordt geeffectueerd. 

Voor € 4,4 miljoen doen de lagere lasten zich voor op budgetten die worden gedekt uit de Reserve Mobiliteit Verkeer & Vervoer. Dit wordt vooral veroorzaakt door het doorschuiven van de bijdrage aan de verbreding van de N50 naar 2021 (prestatie 4.6.5).

Voor € 8,8 doen de lagere lasten zich dan nog voor op overige reserves.

Voordelen op structurele begrotingsposten

Terug naar navigatie - Voordelen op structurele begrotingsposten

In haar reactie op de jaarstukken 2017 en 2018 heeft de auditcommissie geadviseerd om voor voordelen op structurele kostenposten te duiden of die voordelen een incidenteel of structureel karakter hebben. En om bij voordelen met een structureel karakter het verband met de perspectiefnota te leggen.

In onderstaande tabel hebben wij de structurele begrotingsposten (kosten en opbrengsten) opgenomen, waarop voor het tweede achtereenvolgende jaar een voordeel is gerealiseerd. De bedragen in de tabel geven de voordelen weer die op de structurele begrotingsposten binnen de betreffende prestatie zijn gerealiseerd. De voordelen hebben naar onze mening een incidenteel karakter en vergen geen inbedding in de Perspectiefnota 2022. Onder de tabel lichten wij dit per begrotingspost toe.

Vergunningverlening, toezicht en handhaving milieu

Zowel in 2019 als in 2020 is op deze prestatie een voordeel gerealiseerd. Voor € 0,4 miljoen heeft dit voordeel betrekking op structurele begrotingsposten. De legesopbrengsten voor vergunningaanvragen zijn in 2020 € 0,2 miljoen hoger dan begroot. De hoogte van de legesopbrengsten varieert van jaar tot jaar. Het behaalde voordeel geeft dan ook geen aanleiding tot een structurele bijstelling van de begrote legesopbrengsten.
Het resterende voordeel van € 0,2 miljoen is vooral gerealiseerd op de budgetten voor de omgevingsdiensten. Het budget voor de bijdrage aan de omgevingsdiensten is in de begroting voor het komende jaar afgestemd op de gemaakte budgetafspraken.

Monitoring natuur en landschap
De onderbesteding in 2019 bedroeg € 0,2 miljoen, in 2020 is de onderbesteding € 0,5 miljoen. Het budget in 2020 voor deze prestatie was eenmalig hoger als gevolg van de resultaatbestemming uit 2019. De voorbereidingen van de monitoringactiviteiten vergden in 2020 meer tijd dan voorzien. De gewenste intensivering heeft daarom niet plaatsgevonden. Wij verwachten deze in 2021 vorm te geven. Na 2021 bedraagt het structurele budget voor deze prestatie € 0,5 miljoen. Dit houdt gelijke tred met de voorziene kosten van de jaarlijkse monitoringactiviteiten.

Beheer landschap
De onderbesteding op deze prestatie bedraagt € 0,5 miljoen. In 2019 resteerde € 0,4 miljoen als gevolg van ontvangen subsidie-aanvragen waarop nog niet beschikt was. De onderbesteding in 2020 doet zich voor op een incidenteel budget binnen deze prestatie en is het gevolg van de Covid-19 maatregelen. In 2021 willen wij een inhaalslag maken met het opstellen en uitvoeren van bidbooks en met de verbreding van het vrijwilligerswerk.

Concessies openbaar vervoer
De onderbesteding op de budgetten voor deze concessies is met € 2,6 miljoen vergelijkbaar met de onderbesteding in 2019. Belangrijke oorzaak is een lagere indexering van de concessies dan verwacht. De indexering verschilt van jaar tot jaar. Gelet op de onzekere gevolgen van de coronacrisis voor het openbaar vervoer gaan wij er vanuit het structureel beschikbare budget voor deze concessies de komen de jaren volledig nodig te hebben.

Infrastructurele maatregelen verkeersveiligheid
De onderbesteding in 2020 is met € 0,7 miljoen vergelijkbaar met de onderbesteding in 2019 en doet zich vooral voor op het budget voor de beleidsimpuls verkeersveiligheid. De middelen hiervoor heeft u beschikbaar gesteld vanuit de meeropbrengst van de motorrijtuigenbelasting. Wij willen de middelen dan ook beschikbaar houden voor het vervolg van deze impuls in 2021. Ook al gezien het feit dat het budget voor deze prestatie vanaf 2022 structureel € 0,5 miljoen lager is, op basis van uw besluitvorming op het Statenvoorstel Herprioritering (2020/1102400).

Voorlichting en educatie verkeersveiligheid
Van het beschikbare budget van € 5,2 miljoen resteert € 1,4 miljoen. In 2019 was dat € 0,8 miljoen. Hier is sprake van een terugkerende onderbesteding. De onderbesteding wordt voor een groot deel veroorzaakt door lagere vaststellingen van in voorgaande jaren verstrekte subsidies. Via het statenvoorstel over de herprioritering (2020/1102400) heeft u besloten dat de opbrengst van deze lagere subsidievaststellingen beschikbaar dient te blijven om opnieuw in te zetten voor dit onderwerp. In datzelfde voorstel heeft u besloten tot een structurele verlaging van het budget voor deze prestatie met € 0,3 miljoen. Daarmee kent deze meevaller geen structureel karakter.

Verkenningen en planstudies
Op de structurele budgetten voor deze prestatie resteert € 0,6 miljoen. In 2019 bedroeg de onderbesteding € 0,3 miljoen. Gezien de ambities en opgaven op het gebied van mobiliteit verwachten wij dat het structureel beschikbare budget voor deze verkenningen en planstudies de komende jaren desondanks nodig is.

Beheer provinciale infrastructuur
Van de structureel beschikbare middelen van € 14,0 miljoen voor deze prestatie is € 0,6 miljoen niet besteed. De afwijking doet zich vooral voor op het budget voor gladheidsbestrijding, waarvan het bestedingspatroon vooral afhankelijk is van de weersomstandigheden.

Zelfstandig wonen en gezond bewegen
In 2020 resteert op deze prestatie € 0,3 miljoen. In 2019 was dit € 0,4 miljoen. Net als in 2019 wordt dit verklaard door nog te beschikken subsidies op ontvangen subsidie-aanvragen. De niet bestede middelen zijn dus nog wel benodigd. Wij doen u hiervoor dan ook een voorstel voor resultaatbestemming.

Trendbureau
Net als voorgaand jaar resteert van het budget voor het Trendbureau, ter grootte van € 0,3 miljoen, een bedrag van € 0,1 miljoen. In 2019 werd dit veroorzaakt door een aantal personele mutaties. In 2020 ligt zijn er minder activiteiten geweest als gevolg van de coronacrisis. Aan de terugkerende onderbesteding liggen incidentele oorzaken ten grondslag.

Overhead
Van het budget van € 27,9 miljoen resteert € 0,4 miljoen. Mede als gevolg van een structurele verlaging van dit budget met € 1,0 miljoen in het kader van de herprioritering van de begroting 2020 is de onderbesteding op dit budget ruim € 3,0 miljoen lager dan in 2019. Gezien de beperkte afwijking ten opzichte van het begrote bedrag bezien wij deze onderbesteding als incidenteel.

Personeelskosten
Van het budget van € 67,7 miljoen resteert € 2,0 miljoen. In 2020 hebben wij geen beroep gedaan op het frictiekostenbudget. Dit levert een meevaller op van € 1,0 miljoen. De resterende afwijking ten opzichte van het budget is gering. Wij bezien deze onderbesteding daarom als incidenteel.

Motorrijtuigenbelasting
De opbrengst motorrijtuigenbelasting is in 2020 € 1,0 miljoen hoger dan begroot. In 2019 was dit € 1,7 miljoen. De meeropbrengst wordt in overeenstemming met de Perspectiefbrief 2020 ingezet voor verkeersveiligheid.

Dividend Enexis
Deze dividendopbrengst was in 2020 hoger dan begroot. Voor de komende jaren verwachten wij een verlaging van dit dividend als gevolg van de investeringen die Enexis moet doen voor de aanpassing van het netwerk. In de Perspectiefnota 2021 gaan wij, indien nodig, hierop verder in.

Vrijval eerdere jaren
Voor deze post nemen wij jaarlijks € 1,0 miljoen op in de begroting. De werkelijke vrijval was dit jaar 2,2 miljoen hoger. Dit is voornamelijk het gevolg van twee fors lagere subsidievaststellingen en een aanzienlijke aanpassing van een eerder ingediende en gehonoreerde subsidie-aanvraag. Dit zijn incidentele oorzaken. De jaarlijkse vrijval uit eerdere jaren laat zich niet goed voorspellen. Wij zien deze meevaller dan ook als incidenteel.

Besteding resultaatbestemming 2019

Terug naar navigatie - Besteding resultaatbestemming 2019

In reactie op de Boardletter 2019 heeft de auditcommissie de aanbeveling gedaan om het expliciet te vermelden als budgetten voor een tweede en of volgende keer doorschuiven naar een volgend jaar. Bij de jaarrekening 2020 geldt dit voor de volgende budgetten.

- Bij prestatie 1.1.2 stellen wij voor om het budget voor het voorbereidend onderzoek naar het ondergronds brengen van de hoogspanningskabels bij ’s Heerenbroek voor het tweede achtereenvolgende jaar door te schuiven. Dit betreft een budget van € 170.000. Uitvoering van het onderzoek start naar verwachting in 2021.
- Het project IJsseldelta fase II is een meerjarig project. Het budget bestaat uit verkregen rijksmiddelen. Jaarlijks stellen wij u voor om de niet bestede middelen beschikbaar te houden voor het vervolg van dit project. Bij prestatie 1.2.7 vindt u dit voorstel voor 2020, ter grootte van € 1,2 miljoen.
- Bij prestatie 2.1.1 stellen wij net als in 2019 voor om het budget voor meetpunten Lelystad airport van € 50.000 door te schuiven. De besluitvorming in de Tweede Kamer over de luchtvaartnota en wijziging van het luchthavenbesluit Lelystad airport heeft in 2020 niet plaatsgevonden.
- Bij prestatie 2.1.2 doen wij u het voorstel om de niet bestede middelen voor de transitie van de omgevingsdiensten toe te voegen aan de begroting 2021. Het gaat om € 164.600, inclusief de resultaatbestemming van € 117.000 uit 2019. Het proces om te komen van een input- naar output gestuurde financieringssystematiek beslaat een periode van vier jaar. Het beschikbare budget willen wij gedurende deze periode beschikbaar houden.
- Op prestatie 3.1.5 is via de resultaatbestemming uit 2019 € 100.000 beschikbaar voor het Actieplan weide- en akkervogels. Wij stellen u voor om de resterende middelen van € 85.000 opnieuw een jaar door te schuiven. Het plan beslaat de periode 2019-2021. Het grootste deel van de lasten wordt in 2021 gerealiseerd.
- Het budget voor monitoring natuur en landschap (prestatie 3.1.7), ter grootte van € 750.000, is voor ruim € 500.000 niet tot besteding gekomen. In navolging van eerdere jaren stellen wij u voor om de niet bestede middelen toe te voegen aan de begroting van het volgende jaar. In 2020 zijn veel voorbereidende werkzaamheden verricht. Wij verwachten de uitvoering van de monitoring in 2021 te kunnen intensiveren.

Resultaatbestemmingen en begrotingswijzigingen

Terug naar navigatie - Resultaatbestemmingen en begrotingswijzigingen

Een deel van het jaarrekeningresultaat is nodig voor de verdere uitvoering van beleid in 2021 en latere jaren. Daarom doen wij een aantal resultaatbestemmingsvoorstellen om delen van het jaarrekeningresultaat toe te voegen aan de begroting 2021-2024 en aan diverse reserves. En wij doen een aantal begrotingswijzigingsvoorstellen om middelen vanuit reserves toe te voegen aan de begroting 2021-2024 of aan andere reserves.

Resultaatbestemming
Via het Statenvoorstel resultaatbestemmingen en begrotingswijzigingen jaarrekening 2020 stellen wij u voor om van het resultaat € 16,4 miljoen toe te voegen aan de begroting 2021-2024 en diverse reserves. Daar staat tegenover dat wij voorstellen om € 4,1 miljoen vanuit de Algemene financieringsreserve toe te voegen aan het resultaat. Wij hebben in 2020 € 4,1 miljoen toegevoegd aan de voorzieningen voor Energiefonds Overijssel (€ 1,8 miljoen) en de Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel (€ 2,3 miljoen). Voor de dekking van die kosten willen wij een beroep doen op de daarvoor bestemde middelen in de Algemene Financieringsreserve.
Per saldo doen wij dan resultaatbestemmingsvoorstellen voor een bedrag van (€ 16,4 miljoen -/- € 4,1 miljoen) € 12,3 miljoen.

Het dan nog resterende bedrag van (€ 27,1 miljoen -/- € 12,3 miljoen) € 14,8 miljoen wordt toegevoegd aan de Algemene reserve.

Begrotingswijzigingen
Voor het realiseren van de gestelde doelen en het nakomen van aangegane verplichtingen is het ook nodig om middelen vanuit de reserves toe te voegen aan de begroting 2021. Bovendien geeft de jaarrekening 2020 aanleiding voor mutaties tussen reserves. Daarom doen wij naast de hiervoor genoemde resultaatbestemmingsvoorstellen ook een aantal voorstellen tot begrotingswijziging.  Voor een deel van de voorstellen gaat het om GS-wijzigingen die u via deze jaarrekening autoriseert. De overige voorstellen zijn PS-wijzigingen.

GS-begrotingswijzigingen
Van de voordelen op budgetten die worden gedekt uit reserves had € 32,3 miljoen betrekking op budgetten vanuit de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel. Via deze jaarrekening doen wij voorstellen om vanuit deze reserve in totaal € 18,5 miljoen toe te voegen aan de begroting 2021. Daarnaast stellen wij voor om vanuit de Doeluitkering veilige vakantieparken Overijssel € 161.000 toe te voegen aan de begroting 2021-2024.

PS-begrotingswijzigingen
Voor de verdere uitvoering van beleid stellen wij u voor om vanuit diverse reserves € 14,9 miljoen toe te voegen aan de begroting 2021-2024. Voor € 7,0 miljoen betreft dit budgetten voor KVO-projecten die een einddatum in 2020 hadden. In afwijking van het coalitieakkoord 2019-2023 doen wij u voorstellen deze budgetten langer beschikbaar te houden en niet toe te voegen aan de Algemene reserve.
Daarnaast doen wij u voorstel tot herlabeling van de middelen binnen de Algemene financieringsreserve (€ 4,1 miljoen), de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel (€ 0,2 miljoen) en de Reserve dekking kapitaallasten activa € (0,2 miljoen).
Ten slotte doen wij voorstellen om voor € 16,8 miljoen budgetten over te hevelen tussen reserves. Daarbij wordt voor € 12,4 miljoen toegevoegd aan de Algemene reserve.

Conclusie
Vanuit de resultaatbestemmingsvoorstellen (€ 14,8 miljoen) en de voorstellen tot begrotingswijziging (€ 12,4 miljoen) bij de jaarrekening 2020 wordt € 27,2 miljoen toegevoegd aan de Algemene reserve.