Begroot lasten 48.357

Realisatie lasten 47.404

Ruimte lasten 954
47.404 Uitgaven (x1000)

Status prestaties

Overhead, financiering en dekkingsmiddelen

Overhead, financiering en dekkingsmiddelen

Begroot lasten 48.357

Realisatie lasten 47.404

Ruimte lasten 954
47.404 Uitgaven (x1000)

Status prestaties

Overhead

Terug naar navigatie - Overhead

Onder 'overhead' worden baten en lasten verantwoord die niet rechtstreeks aan een taakveld kunnen worden toegerekend. Het zijn veelal kosten die ondersteunend zijn aan alle activiteiten . Dit zou samengevat kunnen worden als 'de kosten van bedrijfsvoering'. Hieronder vallen ondermeer uitgaven aan ict, huisvesting,  personeel & organisatie , control & administratie en juridische ondersteuning.

Vanuit de paragraaf Bedrijfsvoering en Kerntaak 7 Kwaliteit openbaar bestuur worden de volgende resultaatbestemmingen voorgesteld:

Inbesteding catering en beveiliging
In 2022 hebben wij besloten onze catering- en beveiligingsdiensten in eigen beheer te nemen. Door het inbesteden van deze diensten zijn wij beter in staat in te spelen op toekomstige ontwikkelingen en te sturen op onze provinciale doelstellingen, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaam en regionaal inkopen.  In ons vernieuwde hospitalityconcept wordt eigen personeel flexibel ingezet, hetgeen onze gastvrijheid en wendbaarheid ten goede komt.

De inbesteding van deze diensten brengen incidentele opstartkosten met zich mee. Zo moeten wij pin- en kassasystemen aanschaffen, (inkoop)systemen implementeren, producten aanschaffen (zoals kleding, schoonmaakproducten, e.d.) en onze (financiële) administratie inrichten.  Deze kosten kunnen wij niet vanuit de lopende exploitatiebegroting 2023 dekken.

Wij stellen u daarom voor om via resultaatbestemming € 150.000 door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan het overheadbudget Bedrijfsvoering voor catering en beveiliging.

Wet Open Overheid
Bij de Monitor 2022-II hebben wij u gemeld dat wij u een resultaatbestemming voorleggen voor implementatie en uitvoering van de Wet Open Overheid (WOO). Via het provinciefonds hebben wij in 2022 € 335.000 ontvangen. Wij willen deze middelen inzetten om een projectorganisatie in te richten,  onze systemen verder 'WOO-proof' te maken en aan te sluiten op landelijke publicatieplatforms. Zo blijven wij voldoen aan de WOO. 

De provinciefondsmiddelen zijn in 2022 nog niet besteed omdat voorbereidende werkzaamheden door vaste formatie is opgepakt. In 2023 verwachten wij een versnelling van onze activiteiten (en daarmee een piek in kosten).

Wij stellen u voor om via resultaatbestemming € 335.000 door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan het overheadbudget Bedrijfsvoering  voor uitvoering en implementatie van de WOO.

Uitloop projecten Shared Service Center Ons
Shared Service Center Ons (SSC Ons) is in 2022 met toestemming van partners gestart met een aantal projecten om haar dienstverlening en informatieveiligheid te verbeteren (bijvoorbeeld projectkosten Verhogen Digitale Weerbaarheid (VDW)). De benodigde middelen hiervoor waren gereserveerd in onze Begroting 2022. Daadwerkelijke betaling aan Ons vindt plaats op basis van realisatie. Door personele krapte bij Ons, de omvang en complexiteit van projecten heeft Ons meer tijd nodig om de projecten te realiseren. In haar eigen Jaarverslag 2022 zal Ons u hierover informeren. Door uitloop zijn de door Overijssel in 2022 gereserveerde middelen  niet besteed.  Ons verwacht de projecten in 2023 te realiseren. Als opdrachtgever sturen wij hierop.

Wij stellen u voor om via resultaatbestemming € 455.000 door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan het overheadbudget  Bedrijfsvoering voor SSC Ons.

Informatiebeveiliging
In de decembercirculaire is voor alle provincies in totaal € 0,8 miljoen beschikbaar gesteld om provinciale organisaties certificeerbaar te maken voor de ISO 27001 norm.  Overijssel ontvangt € 70.000 voor deze taak. Wij streven ernaar om in 2023 certificeerbaar te zijn.

Wij stellen u voor om de provinciefondsmiddelen van € 70.000 via resultaatbestemming beschikbaar te houden  voor informatiebeveiliging en toe te voegen aan overheadbudget  Bedrijfsvoering.

Impulsgelden digitalisering Coalitieakkoord 2020
De urgentie om een versnelling aan te brengen in onze digitaliserings- en datamogelijkheden is hoog. Wegens verloop van personeel en wisseling in aansturing heeft deze versnelling enige tijd stil gelegen en is er sprake van onderbesteding in 2022.  In Monitor 2022-II hebben wij voorgesteld om de einddatum van deze KvO middelen te verlengen met een jaar van 2023 naar 2024. Op basis van de spelregels van de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel hebben wij besloten om een bedrag van € 0,2 miljoen  te onttrekken aan de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel en toe te voegen aan de begroting 2023.

Financiering

Terug naar navigatie - Financiering

Onder deze alinea worden de  resultaatbestemmingsvoorstellen  weergegeven die betrekking hebben op de algemene financieringsreserve.

Voorziening participatie Herstructureringsmaatschappij Overijssel (HMO), verbonden partij
Wij hebben HMO op basis van de verstrekte middelen gewaardeerd op € 55,9 miljoen. Het eigen vermogen van HMO bedraagt, op basis van de concept jaarrekening 2022, per 31-12-2022 € 52,3 miljoen. Dat betekent dat de voorziening HMO € 3,6 miljoen moet bedragen. Aangezien er € 3,8 miljoen beschikbaar is in de voorziening, is er € 0,2 miljoen vrijgevallen in 2022. Conform de afspraken verrekenen we de mutaties met de voorziening met de Algemene Financieringsreserve.
Wij stellen u voor een bedrag van € 0,2 miljoen via resultaatbestemming toe te voegen aan de Algemene financieringsreserve.

Voorziening participatie Innovatiefonds Overijssel I (IFO I)
Wij hebben IFO I op basis van de verstrekte middelen gewaardeerd op € 20,0 miljoen. Het eigen vermogen van IFO-I bedraagt, op basis van de concept jaarrekening 2022, per 31-12-2022 € 17,5 miljoen. Dat betekent dat de voorziening IFO-I € 2,5 miljoen moet bedragen. Aangezien er € 4,4 miljoen beschikbaar is in de voorziening, is er € 1,9 miljoen vrijgevallen in 2022. Conform de afspraken verrekenen we de mutaties met de voorziening met de Algemene Financieringsreserve.

Wij stellen u voor een bedrag van € 1,9 miljoen via resultaatbestemming toe te voegen aan de Algemene financieringsreserve.

Voorziening participatie Innovatiefonds Overijssel II (IFO II)
Wij hebben IFO II op basis van de verstrekte middelen gewaardeerd op € 3,82 miljoen. Het eigen vermogen van IFO-II bedraagt, op basis van de concept jaarrekening 2022, per 31-12-2022 € 1,30 miljoen. Dat betekent dat de voorziening IFO-I € 2,52 miljoen moet bedragen. Aangezien er € 2,48 miljoen beschikbaar is in de voorziening, is er € 0,04 miljoen bijgestort in 2022 ten koste van het resultaat. Conform de afspraken verrekenen we de mutaties met de voorziening met de Algemene Financieringsreserve.

Wij stellen u voor een bedrag van € 40.000 te onttrekken aan de Algemene financieringsreserve en via resultaatbestemming toe te voegen aan de algemene reserve.

Financieren van projecten door Energiefonds Overijssel 
Het fondsbeheer van Energiefonds Overijssel B.V. wordt uitgevoerd door CL Venture Partners. Voor de uitvoering van het fondsbeheerder heeft CL Venture Partners (handelend onder de naam StartGreen Capital) in 2018 het vergunningstraject MiFID2 (Markets in Financial Instruments Directive II) doorlopen bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM). De vergunning en de bijbehorende vereisten worden jaarlijks getoetst door de AFM.

Op basis van de vereisten, die voortvloeien uit MiFID2 en zijn geïmplementeerd in de Wet op het financieel toezicht (Wft), moet het eigen vermogen van Energiefonds Overijssel B.V. minimaal € 125.000 positief zijn. Als gevolg hiervan moeten participaties, totdat het minimale eigen vermogen van Energiefonds Overijssel B.V. van € 125.000 miljoen is bereikt, gefinancierd worden door middel van agiostortingen.

Energiefonds Overijssel (EFO), verbonden partij
Het (geconsolideerde) eigen vermogen van Energiefonds Overijssel B.V. bedraagt per ultimo 2022 € 1,7 miljoen. Voor het verschil tussen het eigen vermogen van Energiefonds Overijssel B.V. en het totale door de provincie gestorte (agio) vermogen, is in 2022 € 0,2 miljoen van de voorziening vrijgevallen. In de Algemene financieringsreserve (AFR) is, na afboeking van hieronder genoemde verlies, € 0,2 miljoen opgenomen ter dekking van de beoogde omvang van het Energiefonds, een deel daarvan is in voorgaande jaren toegevoegd aan de voorziening. Naar aanleiding van deze vrijval stellen wij u voor om de vrijval van € 0,2 miljoen weer toe te voegen aan de Algemene Financieringsreserve. 

Wij stellen u voor om een bedrag van €  0,2 miljoen via resultaatbestemming te storten in de Algemene financieringsreserve.

Afboeking fondsvermogen als gevolg verliezen EFO I
In 2022 zijn op basis de financieringsovereenkomst (artikel 4.3.1) twee bewijsovereenkomsten vastgesteld in de  algemene vergadering van aandeelhouders van EFO I. Door de verkoop  met verlies van Empyro B.V. is de investering ter hoogte van € 445.000 verloren gegaan. Daarnaast is door de liquidatie van Streekpellets B.V. , de investering door EFO I van totaal € 433.000 verloren gegaan. Deze afboeking van  gezamenlijk € 878.000 is onder prestatie 2.3.2 ten laste gekomen van het rekeningresultaat. Door deze afboeking wordt het afgedekte fondsvermogen van € 200 miljoen verlaagd naar € 199,1 miljoen. Naar aanleiding van bovenstaande afboeking stellen wij voor om € 878.000 uit de Algemene financieringsreserve te laten vrijvallen ten gunste van Algemene reserve. 

Algemene dekkingsmiddelen

Terug naar navigatie - Algemene dekkingsmiddelen

Onder deze alinea worden de resultaatbestemmingsvoorstellen en begrotingswijzigingen weergegeven die betrekking hebben op toevoegingen aan andere reserves dan de algemene financieringsreserve.

Resultaatbestemmingen

  • Decentralisatie uitkering natuurinclusief na-isoleren
    Bij de Perspectiefnota 2023 is voor het jaar 2023 € 1,25 miljoen beschikbaar gesteld voor de subsidieregeling soortenmanagementplannen (SMP) die begin 2023 is opengesteld.  Aanvullende daarop heeft het Rijk via de decembercirculaire een decentralisatie-uitkering beschikbaar gesteld voor natuurinclusief na-isoleren van € 560.361. Tijdens de voorbereiding van de subsidieregeling bleek dat de interesse van gemeenten groter was dan verwacht.  Om alle Overijsselse gemeenten de gewenste ondersteuning te kunnen bieden via de subsidieregeling stellen wij u voor om de ontvangen rijksmiddelen aanvullend in te zetten voor deze subsidieregeling en andere kosten rondom het (pre-) SMP-beleid. 
    Wij stellen u voor om het beschikbaar gestelde rijksbudget van € 560.000 toe te voegen aan begroting 2023 onder prestatie 3.1.6.
  • Decentralisatie uitkering Erfgoed Deal 
    In februari 2019 hebben 13 partijen de handen ineengeslagen om samen te werken aan een waardevolle leefomgeving. Het gezamenlijke doel is om de relatie tussen erfgoed en de inrichting van de leefomgeving te versterken. In de huidige tijd waarin onze leefomgeving vergaand moet worden aangepast aan klimaatverandering, nieuwe energienetwerken en verstedelijking, kan cultureel erfgoed houvast bieden. De Erfgoed Deal streeft naar een zorgvuldig vormgegeven leefomgeving, waarin het verleden tastbaar is en waar eenieder zich mee verbonden voelt. Het kabinet heeft voor de periode 2019 – 2022 een bedrag van € 20 miljoen uitgetrokken voor de Erfgoed Deal. In de decembercirculaire wordt een zesde ronde toegevoegd aan de bestaande decentralisatie-uitkering. De provincie Overijssel ontvangt hiervoor € 0,36 miljoen. 
    Wij stellen u voor om € 360.000 toe te voegen aan prestatie 1.4.1 Werken aan een klimaat adaptieve inrichting in 2050.
  • Decentralisatie uitkering Religieus erfgoed
    Wij willen een impact-meting kerkenvisies laten uitvoeren om meer te kunnen zeggen over de impact van dit type instrument. Het ministerie van OCW heeft hiervoor in de december 2022 € 21.000 beschikbaar vanuit het programma Toekomst Religieus Erfgoed aan de provincie Overijssel. Deze middelen willen in 2023 inzetten.
    Wij stellen u voor om deze  middelen toe te voegen aan de begroting 2023 van prestatie 6.1.2.
  • Grondbeleid
    Wij stellen u voor om conform ons beleid de voordelen ten opzichte van de begroting voor de onderdelen tijdelijk beheer (€ 0,4 miljoen) en Grond voor Grond (€ 1,4 miljoen) ter grootte van € 1,8 miljoen via resultaatbestemming toe te voegen aan de Algemene reserve grondzaken.
  • Realisatie verkeersveiligheid maatregelen - Besteding meeropbrengsten Motorrijtuigenbelasting
    Ultimo 2022 komt vanuit de extra opbrengsten van de MRB nog eens € 0,7 miljoen beschikbaar voor verkeersveiligheid en fietsprojecten.
    Wij stellen voor om dit bedrag via resultaatbestemming beschikbaar te stellen voor het verwachte tekort op investeringsproject N760 IJsselmuiden-Genemuiden fase I (prestatie 4.7.3), door dit bedrag in 2023 te storten in de reserve dekking kapitaallasten activa. 
    Besteding meeropbrengsten Motorrijtuigenbelasting MRB voor de realisatie verkeersveiligheid maatregelen was in 2021 een bedrag van € 4,0 miljoen geraamd waarvan € 3,3 miljoen is gerealiseerd. Een bedrag van € 717.000 is niet tot besteding gekomen. De onderbesteding wordt zoals bij de 2e monitor gesignaleerd veroorzaakt doordat voorbereiding, programmering  en besluitvorming van infrastructurele projecten relatief veel tijd vergen voordat projecten worden uitgevoerd. Tegelijkertijd geldt wel dat voor de start van de voorbereiding van projecten de financiering moet zijn geregeld. Wij stellen u voor middels resultaatbestemming € 717.000 beschikbaar te houden voor de realisatie van verkeersveiligheidsmaatregelen en daarvan € 0,3 miljoen in 2023 te storten in de reserve dekking kapitaallasten activa voor het investeringsproject N760 IJsselmuiden-Genemuiden fase I (prestatie 4.7.3) en € 0,4 miljoen te voegen aan de jaarschijf 2023 van prestatie 4.5.1 Infrastructurele maatregelen verkeersveiligheid.
  • Indexatiebuffer 2022 (algemeen en voor de N307)
    Hoewel de uitvoeringskosten voor de N307  vanwege uitlopende werkzaamheden wat zijn vertraagd, vallen de  uiteindelijke kosten wel hoger uit door de in rekening gebrachte indexatielasten. Bij deze jaarrekening stellen wij u voor om de extra indexatielasten van € 666.000 toe te voegen aan het investeringskrediet (jaarschijf 2023) en ten laste te brengen van de indexatiebuffer die daarvoor is aangelegd (kerntaak 20, post onvoorzien). In 2023 zal er opnieuw een beroep worden gedaan op de algemene reservering voor indexatie.
    Wij stellen u voor een bedrag van € 666.000 toe te voegen aan de Reserve dekking kapitaallasten activa voor de N307 en dit te dekken uit de aangelegde buffer voor tekorten die ontstaan als gevolg van inflatoire ontwikkelingen. Verder stellen wij voor om de nog resterende middelen op de buffer 2022 (€ 2,9 miljoen)  via resultaatbestemming toe te voegen aan de post onvoorzien in de begroting 2023, aangezien de kostenstijgingen nog aanhouden.
  • N332 Holten - Grens Gelderland (prestatie 4.7.3)
    Het investeringsproject N332 Holten - Grens Gelderland is met een kleine overschrijding van € 5.000 afgerond als gevolg van inflatoire ontwikkelingen. Ter dekking van de toekomstige kapitaallasten stellen wij u voor om dit bedrag via resultaatbestemming te storten in de reserve dekking kapitaallasten activa.

Begrotingswijzigingen
Om de jaarrekeningresultaten door te vertalen naar de begroting 2023 en verder, worden hieronder de begrotingswijzigingsvoorstellen gepresenteerd.  Bij akkoord worden deze verwerkt op de begroting 2023.

  • Kanaal Almelo de Haandrik
    Het schadedossier kent een totaalbudget van € 40 miljoen, dat is opgebouwd uit een voorziening (als dekking voor de schadevergoedingen en subsidies waartoe de provincie zich bij het vaststellen van de schaderegeling heeft verplicht), een exploitatiebudget (als dekking voor ambtelijke kosten en onderzoek) en een risicoreservering. In de periode 2019-2022 is in totaal circa € 13 miljoen van dit bedrag uitgegeven. 
    De lasten die betrekking hebben op het boekjaar 2022 bestaan uit twee onderdelen. Vanuit het exploitatiebudget is in 2022 € 1,4 miljoen uitgegeven, waar een bedrag van € 1,8 miljoen was begroot. Daarnaast is er € 17,1 miljoen gestort in de voorziening  om een toereikend niveau te bieden voor de kosten die nog voor de verdere afhandeling worden verwacht. Hiervan is € 9,5 miljoen gestort bij de 2e monitor en is bij de jaarrekening besloten tot een additionele storting van € 7,6 miljoen op basis van actuele inzichten. Van dit aanvullende bedrag is € 2,6 miljoen gedekt uit de Algemene Risicoreserve en de resterende € 5 miljoen ten laste gebracht van het jaarresultaat. In het gepresenteerde jaarrekeningresultaat van dit jaarverslag is de storting in de voorziening al verwerkt.
    Wij stellen u voor € 2,6 miljoen te onttrekken aan de algemene risicoreserve.
  • Spoorlijn Hengelo Bielefeld
    De exploitatie van de spoorlijn Hengelo Bielefeld laat op de incidentele middelen een exploitatietekort zien van € 317.000 als gevolg van hogere indexatie en lagere reizigersinkomsten (geen aanspraak op beschikbaarheidsvergoeding regionale OV-bedrijven). Dit leidt tot een (tijdelijke) overschrijding op boekjaar 2022 ten laste van het resultaat. Voor de dekking hiervan zijn middelen beschikbaar in de reserve mobiliteitsprojecten waaraan we voorstellen om € 184.000 te onttrekken en te storten in de algemene reserve. Daarmee wordt de overschrijding vereffend.
    Wij stellen u voor om een bedrag van € 184.000 te onttrekken aan Reserve mobiliteitsprogramma's verkeer en vervoer en middels begrotingswijziging in 2023 toe te voegen aan de Algemene reserve.
    Europese programma 2007-2013
    Op prestatie 5.5.3. is binnen de Reserve Europese Programma’s een bedrag van € 2,3 miljoen resterend voor het Europese programma 2007-2013. Dit programma is afgesloten. Wij stellen u voor om van deze € 2,3 miljoen een bedrag van € 0,4 miljoen te gebruiken om de risicobuffer binnen de Reserve Europese Programma’s van € 5 miljoen te herstellen. Het restant van €1,9 miljoen kan vervolgens terug vloeien naar de algemene middelen.
    Wij stellen u voor om een bedrag van € 1,9 miljoen vanuit de Europese Reserve toe te voegen aan de Algemene reserve.
  • Vechtdalverbinding
    De uitvoering van het project Vechtdalverbinding verloopt nog steeds binnen de vastgestelde financiële kaders. De actuele financiële vooruitzichten maken duidelijk dat € 8,2 miljoen van het beschikbaar gestelde krediet niet meer benodigd is voor de afronding van de resterende werkzaamheden. Dit is hoofdzakelijk het gevolg van lager uitgevallen projectkosten (€ 5,7 miljoen) en de inzet van middelen uit de specifieke uitkering voor bermmaatregelen (€ 2,0 miljoen).
    In de Algemene Risicoreserve is bij de Jaarrekening 2021 een risicoreservering voor het project ter hoogte van € 3,1 miljoen gestort. Ook deze reservering is niet langer benodigd en kan vrijvallen ten gunste van de Algemene Reserve.  
    Bij de instelling van het krediet is aangegeven dat een gedeelte van het investeringsbudget wordt ingezet als dekking voor het toekomstig beheer en onderhoud. Om dit te effectueren wordt het investeringskrediet (in aanvulling op de hierboven genoemde vrijval van € 8,2 miljoen) verlaagd met een bedrag van € 3,9 miljoen. De budgetten voor beheer- en onderhoud (als onderdeel van prestatie 4.7.1 en 4.7.2) worden structureel in totaal met afgerond € 0,2 miljoen per jaar verhoogd ten laste van het budgettaire perspectief.
    Conform ons begrotingswijzigingsbeleid hebben wij besloten het investeringskrediet en de bijbehorende reservering in de RDKA van project Vechtdalverbinding (prestatie 4.6.7) te verlagen met € 12,1 miljoen. Hiermee resteert een krediet voor 2023 ter hoogte van € 15,4 miljoen.
    Wij stellen u voor om een bedrag van € 3,1 miljoen te onttrekken aan de Algemene Risico Reserve en toe te voegen aan de Algemene reserve.
  • SVn leningen
    Conform uw besluit bij de Perspectiefnota 2023 wordt voorzien in afdekking van de deelneming Enexis door vrijvallende middelen binnen de AFR als gevolg van een daling van het uitstaande saldo aan SVn-leningen. Door vervroegde aflossingen is er ultimo 2022 vrije ruimte ontstaan op de SVn startersleningen en SVn duurzaamheidsleningen van respectievelijk € 0,9 miljoen en € 0,5 miljoen. Door deze vervroegde aflossingen liggen de aflossingen in de komende boekjaren op een lager niveau. Om de onttrekkingen uit de Algemene financieringsreserve met oormerking SVn en gelijktijdige toevoeging voor de oormerking Enexis aan te laten sluiten op het gewijzigde aflossingspatroon, stellen wij u de onderstaande begrotingswijzigingen voor:
    SVn Startersleningen
    2023: € 0,9 miljoen extra onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2024: € 31.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2025: € 31.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2026: € 31.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2027: € 31.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    SVn Energieleningen
    2023: € 0,5 miljoen extra onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2024: € 15.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2025: € 15.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2026: € 15.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
    2027: € 15.000 minder onttrekken uit AFR met oormerking Svn Energieleningen en minder toevoegen aan AFR met oormerking Enexis
  • Grond
    Naast de compartimenten voor tijdelijk beheer en Grond voor Grond bevat de Algemene reserve grondzaken een risicobuffer. Deze risicobuffer is via de Nota grondbeleid genormeerd op 10% van de boekwaarde van de restgronden. Op basis van die normering kan een bedrag van € 1,7 miljoen vrijvallen uit de Algemene reserve grondzaken (ARG). 
    Wij stellen u voor dit bedrag toe te voegen aan de Algemene reserve.
    Herlabeling  binnen de reserve Dekking Kapitaallasten (RDKA)
  • N34
    Het project N732 is afgerond en we verwachten in 2023 budget nodig te hebben voor de N34. 
    Wij stellen u voor om het resterende krediet van € 18.000 van project N732 in de jaarschijf 2022 te verlagen. Gelijktijdig stellen wij u voor om het investeringskrediet van project N34 in de jaarschijf 2023 van de begroting 2023 met € 18.000 te verhogen.  Wij stellen u voor de RDKA hierop aan te passen.
  • N737
    In 2022 is het project N737 Innovatiedriehoek afgerond. Het project is met een positief resultaat van € 85.000 afgesloten. Wij stellen u voor om dit krediet te verlagen en dit  restant krediet te gebruiken voor de volgende zaken: 
    een bedrag van € 66.000  toe te voegen aan het investeringskrediet op de N334 Faunapassage/N344 Dassentunnel in de jaarschijf 2023 van de begroting 2023,  omdat we hier in 2023 een tekort verwachten;
    een bedrag van € 19.000 toe te voegen aan het investeringskrediet voor F35 Enschede-Oldenzaal in de jaarschijf 2022. Dit project heeft in 2022 een overschrijding op het krediet van € 19.000.
    Wij stellen u voor de RDKA hierop aan te passen.
    Onderdeel Kunstwerken
    In 2022 is het project vervanging kunstwerken 2016-2019 afgerond. Dit project is met een positief budget van € 20.000 afgesloten. Wij stellen u voor om dit investeringskrediet in de jaarschijf 2022 met € 20.000 te verlagen. Gelijktijdig stellen wij u voor om het investeringskrediet van project vervanging (rehab) kunstwerken 2020-2023 in de jaarschijf 2023 van de begroting 2023 met € 20.000 te verhogen. Wij stellen u voor de RDKA hierop aan te passen.

Financiën

Terug naar navigatie - Financiën

In dit hoofdstuk maken wij alle overige lasten en baten inzichtelijk. Het betreft hier de onderdelen 'overhead' waarin alle bedrijfsvoeringsbudgetten zijn opgenomen en de 'algemene dekkingsmiddelen', waarin met name de algemene inkomsten zijn opgenomen.

Bedragen x €1.000
Financiën Primitieve begroting 2022 Doorgevoerde begrotingswijzigingen 2022 Begroting 2022 Realisatie 2022 Ruimte 2022 Voorgestelde wijziging / resultaatbestemming
Lasten
10.0 Overhead
10.0.0 Overhead 25.780 4.298 30.078 26.742 3.336 1.221
10.66 Totaal personeelsgebonden kosten overhead
10.66.66 Personeelsgebonden kosten overhead 24.042 -483 23.559 22.526 1.033 0
20.00 Overige algemene dekkingsmiddelen
20.00.2 Algemene uitkeringen 0 0 0 0 0 0
20.00.3 Dividend -20 0 -20 -24 4 0
20.00.4 Saldo financieringsfuncties 681 0 681 344 337 0
20.00.5 Overige algemene dekkingsmiddelen -9.806 0 -9.805 -2.184 -7.622 0
Totaal 20.00 Overige algemene dekkingsmiddelen -9.145 0 -9.144 -1.864 -7.281 0
20.20 Onvoorzien
20.20.1 Onvoorzien 250 3.615 3.865 0 3.865 2.949
Totaal Lasten 40.927 7.430 48.357 47.404 954 4.170
Baten
10.0 Overhead
10.0.0 Overhead 721 0 721 772 -51 0
10.66 Totaal personeelsgebonden kosten overhead
10.66.66 Personeelsgebonden kosten overhead 95 0 95 1.745 -1.651 0
20.00 Overige algemene dekkingsmiddelen
20.00.1 Lokale heffingen 112.800 4.200 117.000 117.728 -728 0
20.00.2 Algemene uitkeringen 196.836 27.681 224.517 224.392 125 0
20.00.3 Dividend 18.754 5.363 24.117 24.334 -218 0
20.00.4 Saldo financieringsfuncties 4.496 0 4.496 7.568 -3.072 0
20.00.5 Overige algemene dekkingsmiddelen 0 0 0 1 -1 0
Totaal 20.00 Overige algemene dekkingsmiddelen 332.886 37.244 370.129 374.023 -3.893 0
Totaal Baten 333.701 37.244 370.944 376.540 -5.596 0

Voorgestelde begrotingswijzigingen

Terug naar navigatie - Voorgestelde begrotingswijzigingen
Prestatie PS/GS Begrotingswijziging of Resultaatbestemming Voorgestelde begrotingswijziging / resultaatbestemming Baten Lasten Saldo Financiële toelichting
10.0.0 Overhead - Digitalisering GS Begrotingswijziging -211 0 211 -211 Impulsgelden digitalisering Coalitieakkoord 2020: De urgentie om een versnelling aan te brengen in onze digitaliserings- en datamogelijkheden is hoog. Wegens verloop van personeel en wisseling in aansturing heeft deze versnelling enige tijd stil gelegen en is er sprake van onderbesteding in 2022.  In Monitor 2022-II hebben wij aangekondigd u een resultaatbestemming voor te leggen voor het beschikbaar houden van de impulsgelden digitalisering. Tevens hebben wij voorgesteld om de einddatum van deze KvO middelen te verlengen met een jaar van 2023 naar 2024. Wij willen onze inzet in 2023 vergroten. Dit willen wij doen door deze impulsmiddelen, vooruitlopend op het PPLG,  in te zetten voor digitalisering in stikstofvraagstukken. Concreet wordt gesproken over de mogelijkheden van digital-twin (een digitale weergave van de fysieke omgeving) om zo simulaties van verschillende scenario’s uit te kunnen voeren. Wij verwachten dat in de gebiedsprocessen bij alle berokken partijen hieraan behoefte bestaat. Het is de bedoeling dat we door de inzet van dit instrument snel de gevolgen voor de omgeving inzichtelijk kunnen maken. Het impulsgeld wordt ingezet om kennis en competenties van de organisatie te vergroten. Ethische vraagstukken worden daarin meegenomen. Deze versnelling vraagt mogelijk om aanschaf van nieuwe technologie (impuls op instrumenten) en (inhuur van) expertise.  Hierover vindt nog nadere afstemming plaats en indien nodig informeren wij u hierover. Wij hebben besloten om vanuit de overheadsbudgetten € 0,21 miljoen door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan de budgetten voor impuls digitalisering.
10.0.0 Overhead - Catering en beveiliging Resultaatbestemming -150 0 150 -150 Inbesteding catering en beveiliging: In 2022 hebben wij besloten onze catering- en beveiligingsdiensten in eigen beheer te nemen. Door het inbesteden van deze diensten zijn wij beter in staat in te spelen op toekomstige ontwikkelingen en te sturen op onze provinciale doelstellingen, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaam en regionaal inkopen.  In ons vernieuwde hospitalityconcept wordt eigen personeel flexibel ingezet, hetgeen onze gastvrijheid en wendbaarheid ten goede komt.  De inbesteding van deze diensten brengen incidentele opstartkosten met zich mee. Zo moeten wij pin- en kassasystemen aanschaffen, (inkoop)systemen implementeren, producten aanschaffen (zoals kleding, schoonmaakproducten, e.d.) en onze (financiële) administratie inrichten. Deze kosten kunnen wij niet vanuit de lopende exploitatiebegroting 2023 dekken. Wij stellen u daarom voor om vanuit de overheadsbudgetten € 0,15 miljoen door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan de budgetten voor catering en beveiliging.
10.0.0 Overhead - Wet Open Overheid Resultaatbestemming -335 0 335 -335 Wet Open Overheid: Bij de Monitor 2022-II hebben wij u gemeld dat wij u een resultaatbestemming voorleggen voor implementatie en uitvoering van de Wet Open Overheid (WOO). Via het provinciefonds hebben wij in 2022 € 335.485 ontvangen. Wij willen deze middelen inzetten om een projectorganisatie in te richten,  onze systemen verder 'WOO-proof' te maken en aan te sluiten op landelijke publicatieplatforms. Zo blijven wij voldoen aan de WOO.  De provinciefondsmiddelen zijn in 2022 nog niet besteed omdat voorbereidende werkzaamheden door vaste formatie is opgepakt. In 2023 verwachten wij een versnelling van onze activiteiten (en daarmee een piek in kosten). Wij stellen u voor om vanuit de overheadsbudgetten € 0,335 miljoen door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan de budgetten voor uitvoering en implementatie van de WOO.
10.0.0 Overhead - Shared Service Center ONS Resultaatbestemming -455 0 455 -455 Uitloop projecten Shared Service Center ONS: Shared Service Center Ons (SSC Ons) is in 2022 met toestemming van partners gestart met een aantal projecten om haar dienstverlening en informatieveiligheid te verbeteren (bijvoorbeeld projectkosten Verhogen Digitale Weerbaarheid (VDW)). De benodigde middelen hiervoor waren gereserveerd in onze Begroting 2022. Daadwerkelijke betaling aan Ons vindt plaats op basis van realisatie. Door personele krapte bij Ons, de omvang en complexiteit van projecten heeft Ons meer tijd nodig om de projecten te realiseren. In haar eigen Jaarverslag 2022 zal Ons u hierover informeren. Door uitloop zijn de door Overijssel in 2022 gereserveerde middelen  niet besteed.  Ons verwacht de projecten in 2023 te realiseren. Als opdrachtgever sturen wij hierop. Wij stellen u voor om vanuit de overheadsbudgetten € 0,455 miljoen door te schuiven en in 2023 toe te voegen aan de budgetten voor SSC Ons.
10.0.0 Overhead - Informatiebeveiliging Resultaatbestemming -70 0 70 -70 Informatiebeveiliging: In de decembercirculaire is voor alle provincies in totaal € 0,8 miljoen beschikbaar gesteld om provinciale organisaties certificeerbaar te maken voor de ISO 27001 norm. Overijssel ontvangt circa € 70.000 voor deze taak. Wij streven ernaar om in 2023 certificeerbaar te zijn en stellen u voor de provinciefondsmiddelen beschikbaar te houden in 2023 en toe te voegen aan de budgetten voor informatiebeveiliging.
20.20.1 Onvoorzien Resultaatbestemming -2949 0 2949 -2949 Dit budget wordt meegenomen als restant buffer onvoorzien indexering naar 2023
Totaal -4170 0 4170 -4170

Doorgevoerde begrotingswijzigingen

Terug naar navigatie - Doorgevoerde begrotingswijzigingen
Prestatie Doorgevoerde begrotingswijziging Baten Lasten Saldo GS/PS Begrotingswijziging Financiële toelichting
10.0.0 Bedrijfsvoering -350 0 350 -350 PS 003 Jaarverslag 2021 Informatiebeveiliging: We hebben achterstand opgelopen in het op peil brengen van onze informatiebeveiliging. De provincie Overijssel heeft de ambitie om haar informatiebeveiliging conform de internationale standaard ISO 27001 te brengen en te houden, dit als aanvulling op de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO). Dit sluit aan op een interprovinciaal initiatief, om gezamenlijk te komen tot het niveau van certificeerbaarheid op ISO 27001 uiterlijk in 2023.  Uit de audit op de ISO 27001 die dit najaar is gehouden, is gebleken dat de provincie Overijssel achterloopt op haar ambities. Met name de controleerbaarheid van de voorgenomen maatregelen is op dit moment onvoldoende. Hierdoor halen we de doelstellingen niet en kunnen we geen garanties afgeven op beschikbaarheid, integriteit en vertrouwelijkheid van informatie en kunnen we derhalve niet voldoen aan de minimale eisen op het gebied van informatiebeveiliging.  In 2022 werken we de achterstanden in de implementatie van de BIO en de ISO 27001 normering weg, zodat we eind 2022 certificeerbaarheid voor de ISO 27001 norm bereiken. Dit is in lijn met de interprovinciale doelstelling. In 2023 zullen wij dan naar verwachting het besluit tot certificering kunnen nemen. Wij stellen u voor om vanuit de overheadsbudgetten € 0,35 miljoen door te schuiven en in 2022 toe te voegen aan de budgetten voor informatiebeveiliging. PS begrotingswijziging
10.00 Bedrijfsvoering (informatiebeveilgiging) -170 0 170 -170 PS 003 Jaarverslag 2021 Vervanging websites: Het huidige systeem is verouderd en niet flexibel genoeg. We zijn beperkt in de mogelijkheid om uit te breiden met benodigde functionaliteit en om beter aan te sluiten op toekomstige ontwikkelingen op het gebied van dienstverlening; kortom om onze dienstverlening up-to-date te houden.  De vervanging van het CMS in 2022 kunnen we niet uitstellen, want de organisatie heeft eerder al besloten om het huidige CMS uit te faseren per 31-12-2022 en verlenging van het huidige tijdelijke contract na die datum is juridisch problematisch.  Wij stellen u voor om van prestatie 7.2.1 kennisontwikkeling en kennisdeling een bedrag van € 0,17 miljoen door te schuiven van 2021 naar 2022 en over te hevelen naar het onderdeel overhead, financiering en algemene dekkingsmiddelen. PS begrotingswijziging
10.00 Bedrijfsvoering (archivering) -3294 0 3294 -3294 Adm. 201 doorwerking PS 2021 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 201 doorwerking PS 2021 Adm. begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering 398 0 -398 398 Adm. 203 doorwerking Adm. 2021 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 203 doorwerking administratieve wijzigingen 2021 Adm. begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering -182 0 182 -182 PS 004 Perspectiefnota 2023 Voor de stijgende kosten van SSC-ONS stellen we voor in 2022 € 69.000 en vanaf 2023 € 1,228 miljoen structureel beschikbaar te stellen. Daarnaast stellen we voor om in 2022 € 113.000 incidenteel beschikbaar te stellen. PS begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering -48 0 48 -48 PS 006 Monitor Overijssel 2022 - I IPO: Onder prestatie 7.3.1 hebben wij het voorstel opgenomen om € 48.000 over te hevelen naar onderdeel 10.0 Bedrijfsvoering van de kerntaak 'Overhead, financiering en dekkingsmiddelen' om de kosten van het IPO binnen deze prestatie te dekken. PS begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering -350 0 350 -350 GS 104 Monitor Overijssel 2022 - I Slim digitaal Overijssel: Vanuit het coalitieakkoord is € 1 miljoen aan investeringsimpuls gereserveerd voor “Slim Digitaal Overijssel”. Het impulsgeld wordt ingezet om de kennis, competenties en instrumenten van onze organisatie op gebied van digitalisering en data verder te versterken en deze in te zetten bij de opgaven. Bij uw besluit van 15 december 2021 (PS/2021/1104445) heeft u ingestemd met het beschikbaar stellen van deze middelen in de uKvO voor de jaren 2022 en 2023. Op basis van de spelregels van de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel hebben wij besloten om een bedrag van € 0,35 miljoen te onttrekken aan de Reserve uitvoering Kwaliteit van Overijssel en toe te voegen aan de jaarschijf 2022 aan het onderdeel 10.0 Bedrijfsvoering van de kerntaak 'Overhead, financiering en dekkingsmiddelen' van de begroting 2022. GS begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering -200 0 200 -200 Adm. 210 diversen mei 2022 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 210 diversen mei 2022 Adm. begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering 99 0 -99 99 Adm. 211 Personeelsgebonden kosten voorjaarswijziging 2022 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 211 Personeelsgebonden kosten voorjaarswijziging 2022 Adm. begrotingswijziging
10.0.0 Bedrijfsvoering -200 0 200 -200 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Stijgende energiekosten: Onze exploitatiebudgetten voor gas en elektriciteit zijn gebaseerd op langlopende energiecontracten en genormaliseerde energieprijzen. Het afgelopen jaar is deze situatie drastisch gewijzigd. Vanuit het Ministerie van Economische Zaken hebben wij de opdracht gekregen het langlopende contract met Gazprom, dat wij collectief met omliggende gemeenten hadden afgesloten en zou lopen tot 31-12-2023, vroegtijdig op te zeggen in verband met de geopolitieke situatie en de bijbehorende internationale sancties tegen Rusland. Het contract met Gazprom is daarop per 1 oktober 2022 opgezegd. Wij nemen nu tegen sterk gestegen variabele energietarieven energie af bij een andere leverancier (Greenchoice). Om onze CO2 uitstoot te reduceren en energiekosten te besparen hebben wij in 2022 maatregelen genomen. Zo zijn extra zonnepanelen geplaatst, is er een warmtepomp geïnstalleerd voor het verwarmen van tapwater (in gebruik sinds 1 oktober jl.) en is de temperatuur in onze gebouwen met 1 C° naar beneden bijgesteld. In 2023 en 2024 nemen wij omvangrijke maatregelen om ons provinciaal vastgoed verder te verduurzamen. De middelen hiervoor zijn door u toegekend bij de Perspectiefnota 2023 (Provinciehuis) en de Monitor 2022-I (overig provinciaal vastgoed).  Ondanks de reeds genomen maatregelen kunnen wij de gestegen energieprijzen niet langer geheel opvangen in onze exploitatiebudgetten. Wij verwachten dat deze budgetten zowel in 2022 tot en met 2023 ontoereikend zijn. Door verduurzaming van ons provinciaal vastgoed verwachten wij dat vanaf 2024 de budgetten toereikend zijn. Wij monitoren ons energieverbruik en de energiekosten nauwgezet en informeren u hierover in onze P&C-documenten.  Wij stellen u voor in de jaren 2022 tot en met 2023 de exploitatiebudgetten voor gas en elektriciteit met € 200.000 te verhogen ten laste van de buffer voor prijsindexeringen. PS begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead -100 0 100 -100 PS 003 Jaarverslag 2021 Thuiswerkmiddelen: Bij de Jaarrekening 2020 is vanuit de ruimte op de reis- en verblijfskosten € 0,51 miljoen bestemd voor de thuiswerkmiddelen in 2021. In 2021 is hiervan € 0,31 miljoen besteed. Wij stellen u voor om het restant beschikbaar te houden voor 2022 en 2023. Thuiswerken is onderdeel geworden van het nieuwe werken. Medewerkers kunnen nog thuiswerkmiddelen aanvragen en ook nieuwe medewerkers moeten hierin worden voorzien.  Wij stellen u voor om vanuit de personeelgebonden budgetten € 0,2 miljoen door te schuiven en toe te voegen aan de  thuiswerkmiddelen van de jaarschijf 2022 en 2023 (beide € 0,1 miljoen). PS begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead -398 0 398 -398 Adm. 203 doorwerking Adm. 2021 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 203 doorwerking administratieve wijzigingen 2021 Adm. begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead 800 0 -800 800 Adm. 208 diversen maart 2021 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 208 Verrekening flexpool 2022+2023 verdeling Adm. begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead 747 0 -747 747 PS 006 Monitor Overijssel 2022 - I Deze wijziging betreft de aanpasing normbedragen naar kerntaken PS begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead -99 0 99 -99 Adm. 211 Personeelsgebonden kosten voorjaarswijziging 2022 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 211 Personeelsgebonden kosten voorjaarswijziging 2022 Adm. begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead -2738 0 2738 -2738 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Neutrale doorvertaling effecten CAO: Via de perspectiefnota 2023 heeft u geld beschikbaar gesteld voor het opvangen van de effecten van de nieuwe CAO. Dit budget is reeds als reservering opgenomen in kerntaak 20.  Via deze monitor voegen we in 2022 en verder geld toe aan het budget voor de personeelsgebonden kosten, onder verlaging van de in kerntaak 20 opgenomen reservering.  Wij stellen u voor het budget voor de personeelsgebonden kosten in 2022 te verhogen met € 2,7 miljoen, 2023 met € 5,7 miljoen, 2024 met € 5,5 miljoen, 2025 en 2026 met € 5,4 miljoen en de reservering in kerntaak 20 met hetzelfde bedrag te verlagen. PS begrotingswijziging
10.66.6 Personeelsgebonden kosten overhead 2271 0 -2271 2271 Adm. 221 Mutaties personeel CAO Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 221 Mutaties personeel CAO Adm. begrotingswijziging
20.00.1 Lokale heffingen 1200 1200 0 1200 Adm. 201 doorwerking PS 2021 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 201 doorwerking PS 2021 Adm. begrotingswijziging
20.00.1 Lokale heffingen 1500 1500 0 1500 PS 004 Perspectiefnota 2023 Opcenten motorrijtuigenbelasting en verkeersveiligheid: Het kabinet heeft mede naar aanleiding van het ROB onderzoek aangekondigd de provincies te compenseren voor de misgelopen belastingopbrengsten vanwege de vrijstelling van elektrische voertuigen (in het kader van het klimaatakkoord). De compensatie over de jaren 2020-2024 zal in 3 termijnen worden uitgekeerd en levert ons de komende drie jaar incidenteel € 7,2 miljoen per jaar op. Omdat de vrijstelling van EV’s vanaf 2025 vervalt verwachten we dat we vanaf dan ook structureel extra opbrengsten ontvangen. Tot slot heeft de Belastingdienst de ramingen voor de ontvangsten naar boven bijgesteld, omdat het wagenpark nog steeds groeit. Vanaf 2022 verwachten we structureel € 1,5 miljoen meer te ontvangen. In het coalitieakkoord is afgesproken dat de meeropbrengsten op de MRB ten gunste komen van maatregelen voor verkeersveiligheid. Bij deze perspectiefnota zijn meerdere voorstellen opgenomen voor aanvullende budgetten die direct te relateren zijn aan verkeersveiligheid. De extra benodigde investeringen voor de N50 (€ 1,9 miljoen), N337 (€ 0,9 miljoen) en de N760 (€ 1,0 miljoen) zijn allen grotendeels in het kader van verkeersveiligheid en bedragen tezamen al meer dan de € 3 miljoen die we in 2022 en 2023 extra verwachten te ontvangen uit de MRB. Daarnaast verhogen we het budget voor de N35 (knooppunt Raalte) met € 9,3 miljoen, waarmee bovendien een belangrijk deel van de compensatie voor de misgelopen MRB ten gunste komt van verkeersveiligheid. PS begrotingswijziging
20.00.1 Lokale heffingen 1500 1500 0 1500 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Actualisatie hogere opbrengsten Motorrijtuigenbelasting (MRB): In 2022 zijn de verwachte opbrengsten van de MRB  € 1,5 miljoen hoger dan begroot.  Deze hogere raming verwerken we bij deze monitor structureel. Bij het coalitieakkoord is afgesproken meeropbrengsten vanuit de opcenten MRB  voor deze coalitie-periode in te zetten voor verkeersveiligheid. Bij de Perspectiefnota 2022 is voorgesteld ook fietsprojecten te financieren uit de extra meeropbrengsten omdat deze investeringen in hoge mate bijdragen aan de verkeersveiligheid. Deze periode is er dus nog sprake van € 3 miljoen extra meeropbrengsten vanuit de MRB (€1,5 miljoen in 2022 en € 1,5 miljoen  2023). Wij stellen u voor de baten aan opcenten in 2022 en verder te verhogen met € 1,5 miljoen. Deze baten komen voor 2022 en 2023 ten gunste van verkeersveiligheid. Wij stellen u voor de lasten van prestatie 4.5.1 in 2023 te verhogen met € 3,0 miljoen. PS begrotingswijziging
20.00.2 Algemene uitkeringen 4116 4116 0 4116 Adm. 201 doorwerking PS 2021 Deze wijziging heeft betrekking op Administratieve wijziging 201 doorwerking PS 2021 Adm. begrotingswijziging
20.00.2 Algemene uitkeringen 23565 23565 0 23565 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Deze wijziging heeft betrekking op PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II PS begrotingswijziging
20.00.3 Dividend 3751 3751 0 3751 PS 004 Perspectiefnota 2023 Naar aanleiding van het behaalde jaarrekeningresultaat keert Enexis haar aandeelhouders extra dividend uit. Voor provincie Overijssel betekent dit een extra incidentele ontvangst van € 3,8 miljoen in 2022. PS begrotingswijziging
20.00.3 Dividend 858 858 0 858 PS 006 Monitor Overijssel 2022 - I Leningen BNG Bank: We hebben in 2015 en 2016 leningen verstrekt aan de BNG Bank van in totaal € 74,5 miljoen. Jaarlijks mag de BNG-Bank deze leningen aflossen rond medio mei. De BNG-Bank heeft ervoor gekozen om de 1e lening van € 49,5 miljoen af te lossen in mei 2022 en de 2e lening van € 25 miljoen niet af te lossen. Aangezien we de rentebaten op deze leningen niet meerjarig ramen, maar steeds voor één jaar, heeft dit geen budgettaire gevolgen. We hebben halverwege mei 2022 het nieuwe vijf jaars rentepercentage over de 2e lening ontvangen van de BNG Bank. Dit rentepercentage bedraagt 4,742% (dit was 3,277%), waarmee de rentebaat € 1,2 miljoen bedraagt. We zullen deze rentebaat opnemen in onze begroting, jaarschijf 2022 (half mei t/m december 2022) en jaarschijf 2023 (januari t/m half mei 2023). Wij stellen u voor om de rentebaten over de 2e tranche BNG-lening toe te voegen aan de begroting 2022 (€ 0,8 miljoen) en de begroting 2023 (€ 0,4 miljoen). Aanpassing rentebaten lening Enexis: We hebben een lening verstrekt aan Enexis van € 102 miljoen. Jaarlijks ontvangen we daar rente over. Doordat Enexis een iets andere berekeningsmethode hanteert dan waar wij bij onze begroting van uit zijn gegaan, ontvangen we jaarlijks € 30.068 meer dan begroot. Omdat de rentebaten als dekking dienen voor de storting in de Algemene Financieringsreserve (ter financiering van de lening), moet ook de storting in de Algemene Financieringsreserve verhoogd worden. We stellen u voor de rentebaten op de lening aan Enexis met jaarlijks € 30.068 te verhogen en daarmee ook de storting in de Algemene Financieringsreserve met € 30.068 te verhogen. PS begrotingswijziging
20.00.3 Dividend 753 753 0 753 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Dividend Wadinko Op 22 mei 2022 heeft de aandeelhoudersvergadering van Wadinko op voorstel van de directie en de RvC besloten tot uitkering van een interim dividend 2022 aan de aandeelhouders van € 3 miljoen. Voor de provincie Overijssel gaat het om € 0,75 miljoen. Dit bedrag is inmiddels ontvangen. Deze dividendbate volgt uit een in 2022 verwacht hoog netto resultaat en hoog liquiditeitssaldo van Wadinko. Dit maakt een voorschot op het dividend 2022 gerechtvaardigd. Omdat wij geen dividendopbrengst van Wadinko in de begroting 2022 hebben geraamd, nemen we bij deze 2e Monitor de dividendopbrengst Wadinko nu op in de begroting 2022 voor € 0,75 miljoen. PS begrotingswijziging
20.00.5 Overige algemene dekkingsmiddelen 9000 12200 3200 9000 PS 004 Perspectiefnota 2023 Deze wijziging betreft baten voor Compensatie opcenten MRB (€ 7,2 miloen) en accresontwikkeling regeerakkoord (€ 5,0 miljoen) en lasten voor indexering + CAO personeel (€ 3,2 miljoen). PS begrotingswijziging
20.00.5 Overige algemene dekkingsmiddelen 462 0 -462 462 PS 006 Monitor Overijssel 2022 - I Normbedragen 2022 en aanpassing personeelsbudget: Wij stellen u voor de personeelsgebonden budgetten aan te passen in verband met de gewijzigde normbedragen 2022. Dit betreft een verhoging met een bedrag van € 1,7 miljoen (aflopend tot € 1,6 miljoen in 2026) ten laste van de door u ter beschikking gestelde middelen bij de Perspectiefnota 2023 (€ 0,5 miljoen) en de binnen het directiebudget geoormerkte middelen in de meerjarenbegroting (€ 1,2 miljoen). PS begrotingswijziging
20.00.5 Overige algemene dekkingsmiddelen -9462 -12200 -2738 -9462 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Neutrale doorvertaling effecten CAO: Via de perspectiefnota 2023 heeft u geld beschikbaar gesteld voor het opvangen van de effecten van de nieuwe CAO. Dit budget is reeds als reservering opgenomen in kerntaak 20. Via deze monitor voegen we in 2022 en verder geld toe aan het budget voor de personeelsgebonden kosten, onder verlaging van de in kerntaak 20 opgenomen reservering.  Wij stellen u voor het budget voor de personeelsgebonden kosten in 2022 te verhogen met € 2,7 miljoen, 2023 met € 5,7 miljoen, 2024 met € 5,5 miljoen, 2025 en 2026 met € 5,4 miljoen en de reservering in kerntaak 20 met hetzelfde bedrag te verlagen. De overige wijzigingen kunt u vinden bij "Overhead, financiering en dekkingsmiddelen", onder het kopje "Algemene dekkingsmiddelen". PS begrotingswijziging
20.20.1 Onvoorzien -4500 0 4500 -4500 PS 004 Perspectiefnota 2023 Indexeringen: Op dit moment is er sprake van zeer ongebruikelijke inflatiecijfers. Dat leidt op verschillende terreinen tot flink hogere kosten die niet binnen budget kunnen worden opgevangen. Op dit moment is moeilijk te overzien wat de lange termijn effecten zijn voor onze begroting. We moeten rekening houden met verschillende scenario’s. Normaal gesproken indexeren we de begroting van het volgende jaar (nu 2023) met de indexcijfers van dit moment (maart huidig jaar). De geharmoniseerde consument- en prijsindex (HICP) bedroeg in maart 5,9%. Niet op alle terreinen zal er evenveel last ondervonden worden van de inflatie, op sommige terreinen meer en op andere terreinen minder. In de wegenbouwsector is het indexpercentage bijvoorbeeld veel hoger dan de HICP. Om deze reden stellen wij voor om de gehele structurele begroting voor volgend jaar met 3% (circa € 4,5 miljoen) te indexeren en daarnaast een buffer te creëren van nog eens structureel € 4,5 miljoen. De buffer voegen we voorlopig toe aan de post onvoorzien en is bestemd voor begrotingsonderdelen die met onontkoombaar hogere kosten worden geconfronteerd. Bij de begroting 2023 komen we waar nodig terug op een nadere invulling van deze buffer. PS begrotingswijziging
20.20.1 Onvoorzien 885 0 -885 885 PS 008 Monitor Overijssel 2022 - II Dekking stijgende energiekosten: Wij stellen u voor in de jaren 2022 tot en met 2023 de exploitatiebudgetten voor gas en elektriciteit met € 200.000 te verhogen ten laste van de buffer voor prijsindexeringen.  Wij stellen u voor om een bedrag van € 0,425 miljoen te onttrekken aan de bij de Perspectiefnota 2023 toegekende buffer voor prijsindexeringen en structureel toe te voegen aan prestatie 4.7.1. van de begroting 2022. Dekking Kademuur Ossenzijl: We vragen daarom om een aanvullend budget in 2023 van € 560.000, bestaande uit € 260.000 indexering (onvoorzien) en € 300.000 als gevolg van de complexere opgave. PS begrotingswijziging
Totaal 29814 37244 7430 29814