Kapitaalgoederen

Kapitaalgoederen

Dit is hoe wij denken

Terug naar navigatie - Dit is hoe wij denken

We zijn verantwoordelijk voor het in stand houden van de infrastructuur bestaande uit provinciale wegen, kunstwerken en waterwegen en de provinciale gebouwen, waaronder het provinciehuis. Dit omvat dagelijks beheer (exploitatie), onderhoud (jaarlijks en niet-jaarlijks) en vervanging.

Provinciale infrastructuur
In het Beheerplan Infrastructurele Kapitaalgoederen (2020 t/m 2023, PS/2018/414) hebben we afgesproken dat we voor beheer en onderhoud van alle voorzieningen van de provinciale infrastructuur het kwaliteitsniveau 'basis' hanteren. De landelijke kennisinstelling CROW heeft dit kwaliteitsniveau gedefinieerd en het staat voor efficiënt en effectief beheer op de langere termijn. De risico’s op het niet bereiken van beleidsdoelstellingen of imagoschade zijn bij dit kwaliteitsniveau voor de provincie doorgaans beperkt en beheersbaar. We hebben de budgetten gebaseerd op dit kwaliteitsniveau. Het beleidskader wordt in de praktijk verder uitgewerkt in (strategische) assetmanagementplannen. In onze projecten hebben we aandacht voor innovatie, circulariteit, klimaatverandering en verduurzaming.

Provinciale gebouwen
In 2006 is een onderhoudsplan opgesteld voor de provinciale gebouwen. Met het onderhoudsplan waarborgen we dat de gebouwen met de daarin aanwezige installaties en apparatuur op een deskundige wijze worden beheerd en onderhouden. In het onderhoudsplan zijn drie zaken opgenomen: het jaarlijks onderhoud, het niet-jaarlijks onderhoud en de vervanging.

Met het jaarlijks onderhoud waarborgen we de bedrijfszekerheid van de gebouwen en de installaties, garanderen we de veiligheid en houden we de uitstraling van de gebouwen in stand. Met dit onderhoud voldoen we aan regelgeving en zijn we verzekerd van de ondersteuning van leveranciers (garanties). Het meerjarig onderhoud omvat het onderhoud aan verwarmings- en koelinstallaties, gevels, kozijnen, zonwering, vloeren, wanden, verlichting, liften, brandveiligheidsvoorzieningen, enzovoorts. De uitvoering vindt plaats in een periode van vijf tot dertig jaar. De gebruikte normering (NEN 2767 niveau 3) gaat uit van een redelijke tot goede conditie en wordt ook bij andere overheidsorganisaties als leidraad voor het meerjarig onderhoud gebruikt.

De vervangingsinvesteringen zijn begroot op basis van de technische levensduur. De afschrijvingstermijnen zijn vastgelegd in de financiële verordening van de provincie Overijssel. Jaarlijks stellen we vast of groot onderhoud of vervanging eerder of later moet plaatsvinden en wordt het integrale meerjaren uitvoeringsprogramma (MUP) op basis daarvan bijgesteld.

We maken per project een risicoanalyse en nemen op basis hiervan beheersmaatregelen. Aansprakelijkheidsrisico’s dekken we binnen de projecten af via verzekeringen.

Provinciale infrastructuur

Terug naar navigatie - Provinciale infrastructuur

Samenhang beheer, onderhoud en vervanging
Om de beschikbaarheid van de infrastructuur te garanderen, wordt de technische onderhoudsstaat gemonitord. Infrastructuur kent daarin een ‘levenscyclus’. Na aanleg (nieuwstaat) vindt er dagelijks beheer plaats totdat de infrastructuur het kwaliteitsniveau bereikt dat er groot onderhoud nodig is. Het kwaliteitsniveau is door PS vastgesteld in het Beheerplan Infrastructurele Kapitaalgoederen (BIK). Voor wegen (na ca. 60 jaar) en kunstwerken (na ca. 80 jaar) is complete vervanging nodig omdat de infrastructuur dan aan het einde van haar levensduur is. In onderstaande grafiek is de levenscyclus schematisch weergegeven.

In 2018 hebben we het BIK geactualiseerd, waarin naast een programma voor de periode 2020 t/m 2023 ook een financiële doorkijk gegeven wordt tot 2029. In het najaar 2022 zullen wij met een nieuw BIK komen voor de volgende beleidsperiode.

Vervangingsopgave komende jaren
Veel infrastructuur is aangelegd in de jaren zeventig, toen het autogebruik explosief groeide. Omdat de levensduur van veel infrastructuur in zicht is en omdat veel bruggen en viaducten niet berekend zijn op het zware verkeer dat er tegenwoordig overheen rijdt, moeten veel wegen en kunstwerken tussen nu en 30 jaar worden vervangen. We hebben de afgelopen periode, mede aan de hand van asset management, de vervangingsopgave nader in beeld gebracht. Hiertoe hebben we op basis van historische gegevens, CROW normen, eenheidsprijzen en ervaring een 60-jarige vooruitblik gemaakt van de vervangingen van wegen, kunstwerken en waterwegen.

Op dit moment hebben wij voor de vervangingsopgave € 8 miljoen structureel in onze Begroting opgenomen, daarvan is € 5 miljoen bestemd voor de vervanging van wegen en kunstwerken en € 3 miljoen voor waterwegen (met name Kanaal Almelo - de Haandrik). Al eerder hebben wij gemeld dat de omvang van deze budgetten ontoereikend is. Op basis van het BIK worden de opgaven vanaf 2024 inzichtelijk gemaakt. Dan wordt ook de actuele hoogte van het tekort inzichtelijk.  Wij verwachten een fors tekort dat afhankelijk van de te maken keuzes de komende jaren druk legt op de invulling van de structurele begroting. Het BIK wordt eind 2022 ter besluitvorming voorgelegd aan Provinciale Staten.  
Bij de Perspectiefnota 2022 is besloten om de beschikbare middelen voor de vervangingsopgave standaard te indexeren (dat gebeurde tot op heden nog niet). Deze indexatie is gebaseerd op de geharmoniseerde consumenten- en prijsindex (HICP). Begin 2022 is gebleken dat de  index in de wegenbouwsector veel hoger ligt dan de HICP. Bij de Perspectiefnota 2023 is hiervoor compensatie toegekend.

Ook de Zwartewaterbrug is op korte termijn toe aan vervanging. Bij de Perspectiefnota 2022 is structureel € 1 miljoen gereserveerd om de afschrijvingslasten van deze vervanging te dekken. Er wordt momenteel een verkenning uitgevoerd wat resulteert in een overzicht van mogelijke opties om de Zwartewaterbrug geschikt te maken aan de eisen voor toekomstig gebruik. Met de uitvoering van de verkenning van de Zwartewaterbrug wordt invulling gegeven aan de vraag welke scenario’s er zijn voor de brug om deze toekomstbestendig te maken en wordt er een advies gegeven voor het vervolg.

Voorziening beheer en onderhoud
In de vooruitblik die is gemaakt van vervangingsinvesteringen is rekening gehouden met de benodigde beheer en onderhoud. Deze hangen immers ook nauw samen: goed en slim vormgegeven dagelijks en groot onderhoud zorgt voor optimale vervangingstermijnen. Daarmee is dus inzicht in de totale cyclus van beheer, onderhoud en vervanging van onze infrastructuur. Naast een ‘vervangingspiek’ is op basis van de analyse de komende jaren ook een piek in het groot onderhoud te verwachten. 

Bij de Perspectiefnota 2023 is besloten om eenmalig voor 2022  aan de voorziening € 2 miljoen toe te voegen ter compensatie voor de hogere index in de wegenbouwsector. Verwacht wordt dat het verschil in indexering tussen HCIP en de wegenbouwsector voor de komende jaren zo blijft. Om deze reden hebben wij besloten dit bedrag jaarlijks  structureel toe te voegen aan de voorziening beheer en onderhoud. 

Meerjarenraming Beheer, Onderhoud en Vervanging Wegen, Vaarwegen en Kunstwerken (x € 1 miljoen)
2023 2024 2025 2026 2027
Structureel
- Beheer en dagelijks onderhoud 13,8 13,9 13,8 13,8 13,8
- Groot onderhoud (Voorziening Beheer en Onderhoud) 21,8 21,9 21,9 22,0 22,0
35,6 35,7 35,8 35,8 35,8
Vervangingsinvesteringen
- Vervangingsinvesteringen Wegen 9,7 0,8 0,0 0,0 0,0
- Kanaal Almelo de Haandrik Oeverbeschoeiing 3,9 3,0 3,0 3,0 3,0
- Vervangingsinvesteringen 2020-2027 (1) 0,4 1,7 5,4 5,4 5,4
14,0 5,4 8,4 8,4 8,4
(1) Jaarlijks is er voor vervaningsinvesteringen € 8 mln incl. jaarlijkse indexering gereserveerd. Voor de periode 2023-3027 zijn nog niet alle bedragen toegewezen. De vervangingsinvesteringen 2024-2027 worden meegenomen in het beheerplan infrastructurele kapitaalgoederen (BIK) 2024-2027. In het najaar 2022 bieden wij het geactualiseerde BIK over de jaren 2024-2027 aan Provinciale Staten aan.

Areaalgegevens en kwaliteitsniveau provinciale infrastructuur

Terug naar navigatie - Areaalgegevens en kwaliteitsniveau provinciale infrastructuur
Provinciale infrastructuur Peildatum 1 januari 2022
Infrastructuur Onderdeel Areaal Kwaliteitsniveau
Wegen Hoofdrijbaan 647 km Basis
Rotondes 104 st.
Parallelweg 201 km
Fietspad 528 km
VRI 51 st.
Verlichtingspunten 5700 st.
Bermen 935 ha.
Bomen 36000 st.
Faunapassages 19 st.
Faunarasters 86 km
Kunstwerken Totaal 589 st. Basis
Vaste bruggen 122 st.
en viaducten 47 st.
Tunnels 44 st.
Beweegbare bruggen 32 st.
Sluizen 11 st.
Overige objecten (o.a. duikers, onderdoorgangen, schutsluizen) 333 st.
Waterwegen Oeverbeschoeiing 241 km Basis
Waarvan hout 86 km
Beton en staal 82 km
Natuurvriendelijk 73 km
Oevers 62 ha.
Legenda kwaliteitsniveau
Kwaliteitniveau Omschrijving Indicatie kwaliteit Relatie met wegbeheer
A+ Zeer hoog Nagenoeg ongeschonden Er is geen schade
A Hoog Mooi en comfortabel Er is enige schade, maar de waarschuwingsgrens is nog niet overschreden
B Basis Functioneel De waarschuwingsgrens is overschreden: er is klein onderhoud nodig of binnen vijf jaar is groot onderhoud nodig
C Laag Onrustig beeld, discomfort of enige vorm van hinder De richtlijn is overschreden: er is binnen twee jaar groot onderhoud nodig
D Zeer laag Kapitaalvernietiging, uitlokking van vernieling of sociale onveiligheid De richtlijn is meer dan één klasse overschreden: er is direct groot onderhoud nodig.

Provinciale gebouwen

Terug naar navigatie - Provinciale gebouwen

We hebben sinds 2006 een onderhoudsplan voor zowel het gerenoveerde provinciehuis als de overige provinciale gebouwen. Dit onderhoudsplan wordt jaarlijks geactualiseerd. We beheren en onderhouden de gebouwen met de daarin aanwezige installaties en apparatuur op een deskundige wijze. In het onderhoudsplan staat het jaarlijks onderhoud, het meerjarig onderhoud en de vervanging. Hierbij hebben we aandacht voor SROI, innovatie, verduurzaming en klimaatverandering.

Verduurzaming provinciehuis
In de Perspectiefnota 2023 heeft u besloten een investeringsbudget van € 3,5 miljoen beschikbaar te stellen voor de verduurzaming van het provinciehuis. Wij nemen met dit budget de komende jaren maatregelen om onze CO2 uitstoot te reduceren (gasloos), energie te besparen (isolatie, slimme stopcontacten en LED-verlichting) en energie op te wekken (zonnepanelen, warmte terugwin installatie). Conform onze financiële verordening activeren wij onze investeringen en schrijven wij deze af. Een groot deel van deze afschrijvingslasten kunnen wij in onze exploitatie dekken doordat de maatregelen zichzelf terugverdienen en daardoor exploitatielasten vrijvallen. Echter een aantal maatregelen, zoals het vervangen van de bestaande verlichting door (wettelijk verplichte) LED-verlichting en de opvang van regenwater verdienen zichzelf niet volledig terug.  U heeft daarom bij de Perspectiefnota 2023 een bedrag van € 70.000 beschikbaar gesteld om de afschrijvingslasten in de exploitatie te dekken. Door verduurzaming van ons provinciaal vastgoed voorkomen wij dat de exploitatielasten door de sterk gestegen energiekosten verder stijgen. 

Verduurzaming steunpunten (gasonafhankelijk)
In Monitor 2022-I heeft u ingestemd met het beschikbaar stellen van een investeringsbudget van € 0,36 miljoen om onze steunpunten in Tubbergen, Raalte en Wanneperveen gasonafhankelijk te maken. De afschrijvingslasten die hiermee gemoeid zijn kunnen worden opgevangen in onze exploitatie doordat onze energiekosten afnemen. Daarmee zijn deze investeringen budgettair neutraal.

Actualisering in Monitor 2022-II
Een aantal investeringen die gepland stonden voor het jaar 2022 worden in latere jaren gerealiseerd. In Monitor 2022-II actualiseren wij onze investeringsbudgetten.

Meerjarig onderhoud (incl. afschrijvingen): Provinciehuis en overige provinciale panden
x € 1000
2023 2024 2025 2026
4.855 5.204 5.225 5.254
Meerjarige investeringen: Provinciehuis en overige provinciale panden
x € 1000
2023 2024 2025 2026
3.779 2.223 1.662 1.576