Provinciale heffingen

Provinciale heffingen

Dit is hoe wij denken

Terug naar navigatie - Dit is hoe wij denken

Het beleid provinciale heffingen staat in de Belastingverordening Overijssel. De wijzigingen in de Belastingverordening die ingaan per 1 januari 2023 leggen wij in dezelfde vergadering als deze Begroting ter vaststelling aan u voor.

We heffen de provinciale opcenten op de Motorrijtuigenbelasting (MRB) volgens artikel 222 van de Provinciewet. De grondslag voor deze heffing is de Wet Motorrijtuigenbelasting. De opbrengsten uit de opcenten MRB zijn afhankelijk van het opcententarief en de volumes (het aantal voertuigen, de categorie-indeling en het gewicht van de voertuigen).

Dit is wat wij doen

Terug naar navigatie - Dit is wat wij doen

Wij leggen heffingen op in het kader van de opcenten motorrijtuigenbelasting, leges, precario, grondwateronttrekkingen en de nazorg van stortplaatsen. Het beleidskader daarvoor is opgenomen in de Belastingverordening Overijssel. Daar vindt u ook de vastgestelde tarieven.

Opcenten motorrijtuigenbelasting
We heffen de provinciale opcenten op de Motorrijtuigenbelasting volgens artikel 222 van de Provinciewet. De grondslag voor deze heffing is de Wet Motorrijtuigenbelasting. De opbrengsten uit de opcenten MRB zijn afhankelijk van het opcententarief en de volumes (het aantal voertuigen, de categorie-indeling en het gewicht van de voertuigen).

De opcenten motorrijtuigenbelasting worden geheven over het tarief van de hoofdsom van de motorrijtuigenbelasting. Het is een percentage van de hoofdsom zoals die in 1995 opgelegd zou worden. De basis voor de opcentenheffing verandert dus niet als het tarief voor de hoofdsom wordt verhoogd of verlaagd. De omvang van de hoofdsom is wel afhankelijk van het ledig gewicht van het voertuig (hoe zwaarder, hoe hoger de hoofdsom) en de brandstofsoort (benzine, diesel, LPG). De Belastingdienst int de opcenten voor de provincies.

Opcententarief Motorrijtuigenbelasting
Het Rijk stelt de maximale hoogte van de opcenten vast. Het maximale opcententarief voor 2023 is bepaald op 125,9% (2022: 118,4%). Het huidige provinciale opcententarief is door Provinciale Staten vastgesteld op 79,9%. In het Coalitieakkoord 2019-2023 is opgenomen dat wij geen lastenstijging willen voor onze inwoners. Daarom blijven de provinciale opcenten tot en met 2023 bevroren op het huidige tarief van 79,9%. Ook in de meerjarenbegroting is de inkomstenraming gebaseerd op een stabiel tarief.

Leges
Leges zijn een heffing voor een door de provincie geleverde administratieve dienst zoals het verstrekken van stukken en het afgeven van vergunningen. In 2021 is een actualisatie gedaan op de tarieven voor de vergunningen Wet natuurbescherming (gebiedsbescherming) als gevolg van uitspraken van de Raad van State inzake de toepassing van het PAS. Voor de belastingverordening 2022 zijn inhoudelijke aanpassingen en tariefaanpassingen voorgesteld voor deze vergunningen.  In 2022 heeft de vierjaarlijkse evaluatie van de legesverordening plaatsgevonden. Op basis daarvan stellen Gedeputeerde Staten (GS) aan Provinciale Staten (PS) voor de Belastingverordeningen en tarieventabellen per 1 januari 2023 te actualiseren. Zij houden daarbij rekening met 2 scenario’s;

  • ten eerste het scenario dat de Omgevingswet nog níét wordt ingevoerd per 1 januari 2023,
  • ten tweede het scenario dat de Omgevingswet wél wordt ingevoerd per 1 januari 2023.

Beide mogelijkheden kunnen aan de orde zijn. GS doen daarom twee voorstellen aan Provinciale Staten. Belangrijke wijzigingen zijn onder andere de indexatie van de tarieven met 3%, de herintroductie van leges voor infrastructuur en de herijking van de tarieven op basis van kostendekkendheid, conform de vierjaarlijkse herijkingscyclus. Dit leidt voor enkele posten tot een aanpassing van het tarief, vanwege een gedaalde of gestegen ureninzet.

Precario
Precario is een heffing voor het hebben van voorwerpen in, op of boven provinciale grond of provinciaal water. Overijssel heft vanaf 2010 alleen nog precario van benzinepomp installaties. De precario heffen we via een belastingaanslag.

Grondwaterheffing
Op basis van de Waterwet (artikel 7.4) zijn Provinciale Staten bevoegd om een heffing in te stellen op het onttrekken van grondwater. De heffingsopbrengst gebruiken we onder andere voor onderzoeken die voor het grondwaterbeheer noodzakelijk zijn en voor de vergoeding van schade. De heffing leggen we op naar de in het heffingsjaar onttrokken hoeveelheid grondwater, gemeten in kubieke meters per jaar.

Nazorgheffing stortplaatsen
De Wet Milieubeheer regelt dat gesloten stortplaatsen geen of zo weinig mogelijk gevolgen voor het milieu hebben (Leemtewet genoemd). De Leemtewet legt de financiële- en bestuurlijke verantwoordelijkheid bij de provincie voor de permanente nazorg van stortplaatsen waar na 1 september 1996 afvalstoffen zijn of worden gestort. Wij moeten erop toezien dat bij gesloten stortplaatsen zodanige maatregelen worden getroffen dat de stortplaatsen geen of een zo klein mogelijk negatief effect hebben op het milieu. Uw Staten kunnen een heffing instellen ter bestrijding van de kosten van de nazorgmaatregelen bij stortplaatsen waar na 1 september 1996 nog afval gestort is of wordt. Wij leggen de heffing, gebaseerd op een besluit van uw Staten van 30 maart 1999, op aan de exploitanten van de stortplaatsen in Overijssel. De hoogte van de heffing is gebaseerd op de berekening van het doelvermogen vanaf het moment dat de nazorg start en op de rendement- en inflatieprognoses.

Provinciale heffingen

Terug naar navigatie - Provinciale heffingen
Inkomsten uit provinciale heffingen (x € 1.000)
Jaarrekening Begroting Begroting Begroting Begroting Begroting
2021 2022 2023 2024 2025 2026
Opcenten MRB 116.064 115.500 115.500 115.500 119.000 119.000
Leges, precario ov. heffingen 665 1.099 1.128 1.008 1.008 1.008
Grondwaterheffing 1.199 1.152 1065 1085 1107 1129
Nazorgheffing stortplaatsen 40 40 40 40 40 40
Totaal 117.968 117.791 117.733 117.633 121.155 121.177

Toelichting opbrengsten heffingen

Terug naar navigatie - Toelichting opbrengsten heffingen

Motorrijtuigenbelasting
Bij de Begroting 2023 hebben wij de opbrengsten voor 2023 en 2024 geraamd op € 115,5 miljoen en voor 2025 en 2026 op € 119,0 miljoen. De ramingen zijn gebaseerd op de inschattingen bij de Perspectiefnota 2023 en het gelijkblijvende tarief van 79,9% opcenten. Omdat de vrijstelling van elektrische voertuigen vanaf 2025 vervalt, verwachten we vanaf dan ook structureel extra opbrengsten te ontvangen (€ 3,5 miljoen). Eventuele meevallers / tegenvallers over de verwachte inkomsten in het lopende jaar verwerken wij in de Monitor 2022-II. 

Vanuit het klimaatakkoord zijn elektrische voertuigen vrijgesteld van de MRB en daarmee ook de provinciale opcenten. Hierdoor heeft de provincie opbrengsten misgelopen. Het Rijk heeft op basis van een rapport van de Raad Openbaar Bestuur besloten de gemiste inkomsten van de afgelopen en de komende jaren te compenseren. Deze compensatie wordt in 2022 tot en met 2024 uitgekeerd. Voor ons gaat het om een bedrag van € 7,2 miljoen per jaar. Dit bedrag wordt ontvangen via het provinciefonds en is dus niet meegenomen in de tabel bij deze paragraaf.

In het coalitieakkoord is afgesproken dat deze coalitieperiode de meeropbrengsten op de MRB ten gunste komen van maatregelen voor verkeersveiligheid. Bij de Perspectiefnota 2023 zijn meerdere voorstellen opgenomen voor aanvullende budgetten die direct te relateren zijn aan verkeersveiligheid.

Precario
Opbrengsten hebben betrekking op ongeveer de helft van de twintig benzinestations die geëxploiteerd worden op grond die in eigendom is van de provincie. De andere stations hebben ervoor gekozen om huurpenningen te betalen. Zij zijn daardoor vrijgesteld van precario.

Nazorgheffingen
De nazorgplannen voor de drie Overijsselse stortlocaties zijn in 2016 herzien. Voor de locatie Elhorst Vloedbelt is het vereiste doelvermogen zodanig gewijzigd dat we voorzien dat het doelvermogen niet gerealiseerd zal worden op basis van het geprognosticeerde rendement. Voor de andere twee locaties is de verwachting dat het vereiste doelvermogen gerealiseerd gaat worden. Op basis van het verwachte langjarige fondsrendement en het nu aanwezige vermogen voor de locatie Elhorst Vloedbelt, zou in 2082 een tekort resteren van circa € 5,5 miljoen. Aan Twence (de beheerder) is daarom per 1 januari 2017 een jaarlijkse heffing opgelegd van € 40.000.

Kwijtscheldingsbeleid

Terug naar navigatie - Kwijtscheldingsbeleid

In de Belastingverordening Overijssel staat het kwijtscheldingsbeleid als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990. In artikel 4.4 van deze verordening staat dat wij geen kwijtschelding verlenen bij de invordering van de nazorgheffing stortplaatsen. Verder kennen we geen innings- en kwijtscheldingsbeleid voor de opcenten MRB. De reden hiervan is dat niet wij, maar de Belastingdienst deze belasting int. De provincie heeft geen invloed op de wijze van inning of kwijtschelding.

Opcenten motorrijtuigenbelasting per provincie

Terug naar navigatie - Opcenten motorrijtuigenbelasting per provincie

Hieronder is weergegeven hoe de inkomsten uit de provinciale heffingen zijn opgebouwd. De opcenten op de Motorrijtuigenbelasting beslaan ongeveer 98% van onze inkomsten uit heffingen. Hieronder is tevens een vergelijkingstabel opgenomen van de opcenten per provincie. Hierin zijn ook de mutaties tussen 2022 en 2023 per provincie te zien voor zover bekend.

Opcenten per provincie
2022 2023
Groningen 1 94,5 95,7
Zuid Holland* 2 91,8 95,7
Gelderland 3 90,6 93,0
Drenthe 4 92,0 92,0
Fryslân 5 87,0 87,0
Zeeland 6 82,3 84,4
Flevoland 7 82,2 82,2
Noord Brabant 8 79,6 80,8
Limburg 9 79,1 80,6
Overijssel 10 79,9 79,9
Utrecht 11 77,5 79,4
Noord Holland 12 67,9 67,9
* Ambtelijk voorstel

Kostendekkenheid heffingen

Terug naar navigatie - Kostendekkenheid heffingen

De volgende tabellen geven de mate van kostendekkendheid van de heffingen weer.

Berekening kostendekkendheid leges Wet natuurbescherming Berekening kostendekkendheid Ontgrondingenwet
Kosten taakveld(en) € 650.540 Kosten taakveld(en) € 27.656
Inkomsten taakveld(en), exclusief heffingen Inkomsten taakveld(en), exclusief heffingen
Netto kosten taakveld(en) € 650.540 Netto kosten taakveld(en) € 27.656
Toe te rekenen kosten Toe te rekenen kosten
Overhead € 156.130 Overhead € 6.399
BTW BTW
Totale kosten € 806.670 Totale kosten € 34.055
Opbrengst heffingen € 806.670 Opbrengst heffingen € 34.055
Dekkingspercentage 100% Dekkingspercentage 100%
- -
Berekening kostendekkendheid leges WABO Berekening kostendekkendheid leges Waterwet
Kosten taakveld(en) € 127.404 Kosten taakveld(en) € 27.262
Inkomsten taakveld(en), exclusief heffingen Inkomsten taakveld(en), exclusief heffingen
Netto kosten taakveld(en) € 127.404 Netto kosten taakveld(en) € 27.262
Toe te rekenen kosten Toe te rekenen kosten
Overhead € 40.300 Overhead € 8.700
BTW BTW
Totale kosten € 167.704 Totale kosten € 35.962
Opbrengst heffingen € 167.704 Opbrengst heffingen € 35.962
Dekkingspercentage 100% Dekkingspercentage 100%
- -
Berekening kostendekkendheid leges Wet luchtvaart Berekening kostendekkendheid grondwaterheffing
Kosten taakveld(en) € 11.425 Kosten taakveld(en) € 1.110.000
Inkomsten taakveld(en), exclusief heffingen Inkomsten taakveld(en), exclusief heffingen € 0
Netto kosten taakveld(en) € 11.425 Netto kosten taakveld(en) € 1.110.000
Toe te rekenen kosten Toe te rekenen kosten
Overhead € 2.742 Overhead € 22.000
BTW BTW
Totale kosten € 14.167 Totale kosten € 1.132.000
Opbrengst heffingen € 14.167 Opbrengst heffingen € 1.065.000
Dekkingspercentage 100% Dekkingspercentage 94%